1. Veiligheidsvoorschriften ...................................................................................................................... 3
1.1
1.2
1.3
1.4
1.5
1.6
1.7
2. Leveringsomvang ................................................................................................................................. 6
4. Technische gegevens .......................................................................................................................... 7
5.1
5.2
5.3
5.4
5.5
6.1
6.2
6.3
6.4
7.1
7.2
7.3
7.4
8. Garantie ............................................................................................................................................... 13
1.1 Netaansluiting en verlengkabel
•
Als verlengkabel voor de netaansluiting mogen enkel
verlengkabels met de hiernaast vermelde minimale
geleiderdoorsnede worden gebruikt, op voorwaarde dat
-
DIN 57282/H07 RN-F
-
uit rubber bestaan of met rubber bekleed zijn.
-
Als een kabeltrommel wordt gebruikt, moet de kabel volledig worden afgewikkeld.
•
Ga na of de spanning van het stroomnet overeenkomt met de informatie op het kenplaatje van de machine.
•
Het stopcontact moet met minstens 16 A beveiligd zijn.
•
Voor uw veiligheid is het aan te bevelen een verliesstroomschakelaar met een nominale foutstroom ¡Â 30
mA te gebruiken
Inhoudsopgave
1. Veiligheidsvoorschriften
Kabellengte tot Minimale geleiderdoorsnede
Inhoudsopgave ; Veiligheidsvoorschriften
7 m
1,2 mm
Blz.
3
4
4
4
5
5
5
8
8
9
9
9
10
10
11
11
12
12
12
12
2
2
2
NEDERLANDS 3