Nummeringssysteem
1e
2e
8
(1)
Type actuator
87 Veermembraan
Direct – Air to
Close
88 Veermembraan
Reverse – Air to
Open
(1) Bij een klep met een slag van >2,5 inch moet actuatormodel 37/38 worden gebruikt.
Installatie
Driewegregelkleppen worden het meest gebruikt bij het mixen of
splitsen. Bij mixgebruik heeft de driewegklep twee inlaatpoorten
en één uitlaat, en wordt gebruikt om twee vloeistoffen in variabele
verhoudingen te mixen. Bij splitsgebruik wordt de driewegklep
gebruikt om één inlaatstroom in twee uitgangen op te splitsen,
of de inkomende stroom kan volledig worden gesplitst naar een
van de twee uitlaatpoorten. Zoals in de afbeeldingen hiernaast
is te zien, moeten deze kleppen zo worden geïnstalleerd dat
de stroom beide poorten kunnen openen. Het belangrijkste
voordeel van deze stromingsrichting is de inherente stabiliteit.
Driewegkleppoorten zijn aangegeven met 'C' voor gedee;d, 'L'
voor onder en 'U' voor boven. Elk van deze letters is op de
betreffende aansluiting gedrukt om een juiste installatie te
vergemakkelijken.
Voordat de klep in de leiding wordt geplaatst, moet de leiding
grondig worden gereinigd van alle vuil, lasspanen, aanslag, olie
of vet en andere verontreinigingen. Als de klepaansluitingen
kleiner zijn dan de grootte van de leiding, moeten er in plaats
van bussen gesmede nippels of verloopstukken worden
gebruikt. Als de klep een kap met vinnen heeft, mag de kap niet
geïsoleerd worden.
Luchtleidingen
Luchtdrukleiding voor aandrijving naar de 1/4-inch NPT-
opening: in de bovenste membraankamer bij een Air-to-
Extend-actuator (type 37), en in het juk bij een Air-to-Retract-
actuator (type 38). Gebruik voor alle luchtleidingen slangen
met een buitendiameter van 1/4 inch of gelijkwaardig. Als de
luchtleiding langer is dan 25 voet of als de klep is uitgerust
met volumeboosters, heeft een 3/8-inch slang de voorkeur.
Luchtleidingen mogen niet lekken.
Voor kleppen uitgerust met actuator 87/88, zie handleiding
GEA19530B.
4 | Baker Hughes
1e
8
Kleplichaam
Plugtype
Serie
3. Boven- en
80
poortgeleid
2e
3e
0
3
Regeleigens-
chappen
8. Lineair
Poortge-
leid
Onderhoud
Demontage - 80385
1.
Voer voldoende luchtdruk naar de actuator om de plug net
van de bovenste zitting (2) te positioneren.
2.
Verwijder de moeren (48), de onderflens (7) en de pakking
(49) van het kleplichaam.
3.
Bij kleinere kleppen moeten de borgmoeren (27) van de
steel los worden gedraaid, op de plugsteel (5) naar beneden
worden gedraaid en vergrendeld. Draai de plugsteel (5)
uit de actuatorsteel door de borgmoeren met een sleutel
los te draaien. Bij grotere kleppen moet de tweedelige
steelconnector (51) worden verwijderd.
4.
Draai de aandrijfmoer (9) los en verwijder de actuator van
de klep.
5.
Verwijder de borgmoeren (27) en de slagindicator (58).
Draai de moeren van de pakkingflens (13) los en draai de
plugsteel naar beneden en uit de pakkingbus.
6.
Verwijder de plug uit het kleplichaam. Controleer de plug en
zittingringen op slijtage en slijp de zittingoppervlakken (zie
pagina 5 en 6) indien nodig.
7.
Verwijder de moeren (48), kap (8) en pakking (49) van het
kleplichaam.
8.
Verwijder de oude pakking (14) met de lantaarnring (16)
van de bovenkant van de kap.
9.
Zittingringen met schroefdraad worden bij de montage
goed vastgezet en kunnen meestal jarenlang worden
gebruikt vóór vervanging, zodat het vaak moeilijk is om ze
te verwijderen. Om verwijdering gemakkelijker te maken,
kan een speciale zittingringsleutel worden gemaakt om de
nokken van de zittingring in elkaar te laten grijpen en deze
aan een schoksleutel te bevestigen. Als de ringen moeilijk
lostkomen, kan de toepassing van hitte of kruipolie helpen
bij de verwijdering.
Auteursrecht 2021 Baker Hughes Company. Alle rechten voorbehouden.
4e
5e
8
Optioneel
Type zitting
Configuratie
5. Mixont-
EB Verlengkap
werp
6. Splitsont-
werp
6th