7.
Druk op [ ]/[ENTER].
8.
Druk op [
Kiezen
1.
Neem de hoorn van de haak.
2.
Druk op de flexibele toets die als snelkiestoets is ingesteld.
Voer het toegangsnummer van de buitenlijn in vóór een buitentelefoon-
*1
nummer.
5.2 Tijdens een gesprek
Wachtstand
In wachtstand plaatsen
1.
Druk op [
2.
Leg de hoorn op de haak na de bevestigingstoon.
Een gesprek op uw toestel terughalen uit de wachtstand
1.
Neem de hoorn van de haak.
2.
Druk op een flexibele toets of [
Om een oproep van een ander intern toestel terug te halen
1.
Neem de hoorn van de haak.
2.
Druk op een flexibele toets.
Gesprek doorverbinden
Naar een intern toestel
1.
Druk op [
2.
Bel na de bevestigingstoon een nummer van een intern toestel.
3.
Spreek.
4.
Hang op.
]/[CANCEL].
]/[
]/[HOLD].
]/[
]/[TRANSFER].
5.2 Tijdens een gesprek
]/[INTERCOM].
19