in zoet water een diepte van 29 meteraan,
terwijl een computer die is ingesteld op zoet
water, in zout water 31 meter aangeeft). Dit is
niet van invloed op de juiste werking van de
computer, aangezien deze alle berekeningen
uitvoert op basis van de drukmeting.
2.3.7 Desaturatie reset
De Galileo stelt u in staat de desaturatietijd
in de computer te resetten. Alle gegevens
van saturatie van de weefsels worden
teruggezet naar nul en de computer
beschouwt de volgende duik als een niet-
herhalingsduik. Deze functie komt vooral
van pas als u de computer aan een andere
duiker uitleent. Hij mag in de afgelopen
48 uur niet gedoken hebben.
! WAARSCHUWING
Duiken nadat u de desaturatietijd heeft gereset, is
buitengewoon gevaarlijk. De kans op ernstig letsel
of de dood is zeer groot. Reset de desaturatietijd
niet tenzij u daar een goede reden voor heeft.
Om te voorkomen dat u de desaturatiege-
gevens per ongeluk reset, dient u een veilig-
heidscode in te voeren. De veiligheidscode
is 313. Als het menu is geopend, ziet u het
woord CODE. Als u de code wilt invoeren,
bepaalt u met behulp van de knoppen + en
- het eerste getal (3). Vervolgens drukt u
op >> om het eerste getal te bevestigen.
Daarna bepaalt u het volgende getal (1),
bevestigt u dit door op >> te drukken en
bepaalt u tenslotte het laatste getal (3). Als
u na het laatste getal op SAVE drukt, wordt
de desaturatie gereset. In het display ziet u
gedurende 2 seconden het bericht DESA-
TURATIE RESET GESLAAGD. Het reset-
ten van de desaturatie wordt in het logboek
opgenomen zodat het traceerbaar is.
2. Menu's, instellingen en functies
OPMERKING:
Als u de batterij verwijdert en vervangt,
wordt de desaturatie niet gereset.
De Galileo slaat gegevens van de
weefselverzadiging
vluchtig geheugen. Zolang er geen
batterij in de computer zit, wordt de
desaturatieberekening bevroren. De
berekening wordt weer opgepakt waar
deze was gebleven, zodra de nieuwe
batterij is geplaatst.
2.3.8 Stille modus (standaard: OFF)
In dit menu kunt u het geluid uitschakelen
zodat de computer niet gaat piepen. Als u
de STILLE MODUS op ON zet, worden
alle instellingen die u heeft gekozen voor
individuele waarschuwingen (meer hierover
in hoofdstuk 2.6), opgeheven en wordt
het geluid van alle alarmsignalen uitgezet
(zie hoofdstuk 3.2). Ook het alarm van de
wekker wordt uitgeschakeld.
! WAARSCHUWING
Als u het geluid van alle alarmsignalen uitzet, kan
dit leiden tot een mogelijk gevaarlijke situatie
met ernstig letsel en de dood tot gevolg.
Als u de STILLE MODUS inschakelt, wordt
u gevraagd dit te bevestigen door middel
van een veiligheidscode. De veiligheidscode
is 313. Hiermee wordt voorkomen dat u de
op
in
niet-
21