Hoofdstuk 10
Papieropties
Papiersoort
Als u op speciaal papier kopieert, stel dan de
machine in op het type papier dat u gebruikt
om de beste afdrukkwaliteit te verkrijgen.
a
Zorg dat de kopieermodus
is.
b
Laad uw document.
c
Gebruik de kiestoetsen om het aantal
kopieën in te voeren (maximaal 99).
d
Druk op Kopie Opties en a of b om
Papiersoort te selecteren.
Druk op OK.
e
Druk op a of b om de gebruikte
papiersoort te selecteren
(Normaal Papier, Inkjetpapier,
Brother Fotopap.,
Ander fotopapier of
Transparanten). Druk op OK.
f
Druk op Mono Start of Kleur Start.
Opmerking
Zie Papiersoort op pagina 19 voor
informatie over het wijzigen van de
standaardinstelling voor de papiersoort.
54
Papierformaat
10
U moet de instelling voor het papierformaat
wijzigen indien u op een ander formaat dan
A4 kopieert. U kunt kopiëren op de
10
papierformaten Letter, Legal, A4, A5 en Foto
[10cm (B) × 15cm (H)].
a
Zorg dat de kopieermodus
actief
is.
b
Laad uw document.
c
Gebruik de kiestoetsen om het aantal
kopieën in te voeren (maximaal 99).
d
Druk op Kopie Opties en a of b om
Papierformaat te selecteren.
Druk op OK.
e
Druk op a of b om het gebruikte
papierformaat te selecteren (Letter,
Legal, A4, A5 of 10(B) x 15(H)cm).
Druk op OK.
f
Druk op Mono Start of Kleur Start.
Opmerking
Zie Papierformaat op pagina 19 voor
informatie over het wijzigen van de
standaardinstelling voor het
papierformaat.
10
actief