5.2
Stoken in voor- en najaar
Tijdens stoken in het voor- en najaar (Lente/Herfst) kan de schoorsteen bij
buitemperaturen boven de 15 graden te weinig thermische trek vertonen. Voordat de
houtkachel tijdens het seizoen wordt gestookt, moet voorafgaand aan het aansteken altijd
worden gecontroleerd of er voldoende trek in de schoorsteen aanwezig is. Steek hiervoor
een paar houtkrullen of een stuk papier aan in de verbrandingskamer van de houtkachel.
Wordt de rook die ontstaat niet door natuurlijke trek van de schoorsteen meegenomen,
dan kan de houtkachel niet worden gestookt.
Indien een beetje trek voorhanden is, kan de haard worden gestookt maar moet er eerst
voor worden gezorgd dat de schoorsteen of rookkanaal voldoende is opgewarmd. Plaats
enkele kleinere stukken hout en zet de primaire luchtopening halverwege. Op deze manier
ontstaat een klein fel vuurtje. Vul enkele keren bij met kleinere stuken hout totdat de
schoorsteen of rookkanaal voldoende is opgewarmd en de houtkachel gevuld kan worden
met grotere houtblokken.
Schud regelmatig het asrooster op.
5.3
Houtvochtigheid, droging en opslag
De verbrandingswarmte van hout is sterk afhankelijk van het vochtigheidsgehalte in het
hout. Des te vochtiger het hout des te lager de verbrandingswarmte omdat een groot deel
van de vrijkomende warmte moet worden gebruikt om het vocht om te zetten in
waterdamp. Als gevolg daarvan zal de verbrandingstemperatuur sterk dalen wat een goede
verbranding van het hout verhinderd. Daarnaast zal als gevolg van de onvolledige
verbranding van hout een sterke toename van roetneerslag op het glas te zien zijn. Verder
zal de ontstane waterdamp in de schoorsteen of het rookkanaal condenseren en
roetdoorslag en roetsporen tot gevolg hebben.
Met voorgaande in ogenschouw moet het hout aan de volgende eisen voldoen om
voldoende te droog te zijn om te kunnen worden gebruikt in een houtkachel:
•
Om een optimale restvochtigheid van ongeveer 20% te verkrijgen moet hout bij een
juiste opslag en luchtdroging minimaal 1,5 tot 2 jaar drogen
•
Voor een optimale droging dient het hout al op lengte gezaagd en gekloofd te zijn
omdat kleinere stukken beter drogen
•
Het gekloofde hout moet onder een afdak op een zonnige plek kunnen drogen
(meest ideaal is de opening naar het zuiden)
•
Laat tussen de houtblokken afzonderlijk telkens een handbreedte afstand zodat een
vrije doorstroming van lucht mogelijk blijft
•
De houtopslag mag onder geen beding onder plastic folie of met zeilen worden
bedekt
NL
BE
>
>
>
>
6