Fundamentele veiligheidsinstructies
2.4
Bedrijfsveiligheid
Gevaar voor lichamelijk letsel!
‣
Bedien het instrument alleen wanneer het in optimale technische conditie is, vrij van
fouten en storingen.
‣
De operator is verantwoordelijk voor een storingsvrije werking van het instrument.
Explosiegevaarlijke omgeving
Om gevaar te voorkomen voor personen of de installatie indien het instrument wordt gebruikt
in explosiegevaarlijke omgeving (bijv. explosiebeveiliging):
‣
Controleer de typeplaat teneinde te verifiëren of het bestelde instrument kan worden
gebruikt in de betreffende explosiegevaarlijke omgeving.
‣
Houd de specificaties in de afzonderlijke aanvullende documentatie aan, welke een
integraal onderdeel is van deze handleiding.
2.5
Productveiligheid
Dit instrument is conform de laatste stand van de techniek bedrijfsveilig geconstrueerd en
heeft de fabriek in veiligheidstechnisch optimale toestand verlaten.
2.6
Montage-instructies
• De beschermingsklasse IP20 van het instrument is bedoeld voor een schone en droge
omgeving.
• Stel het instrument niet bloot aan mechanische en/of thermische spanning die de
gespecificeerde grenswaarden overschrijdt.
• Het instrument is bedoeld voor montage in een kast of soortgelijke behuizing. Het
instrument mag alleen worden gebruikt als geïnstalleerd instrument.
• Als bescherming tegen mechanische of elektrische schade, moet het instrument worden
geïnstalleerd in een passende behuizing met geschikte beschermingsklasse conform IEC/EN
60529.
• Het instrument voldoet aan de EMC-verordeningen voor de industriële sector.
• NE 21: aan de elektromagnetische compatibiliteit (EMC) van industriële proces- en
laboratorium-regelapparatuur is voldaan onder de volgende voorwaarde:
netvoedingsonderbrekingen tot 20 ms moeten worden overbrugd met een passende
voedingsspanning.
VOORZICHTIG
L
‣
Het instrument mag alleen worden gevoed door een voedingseenheid met een
energiebegrensd circuit conform UL/EN/IEC 61010-1, hoofdstuk 9.4 en de voorschriften in
tabel 18.
4
RN22
Endress+Hauser