7.1.2 LED indicatoren
De LEDs worden gebruikt voor de statusaanduiding.
Elke LED kan "UIT", "AAN", "Langzaam knipperend"
(FLS) of "Snel knipperend" (FLF) zijn:
•
Langzaam knipperen (FLS) betekent dat
de LED afwisselend 1 s AAN en 1 s UIT
is (knipperfrequentie van 0,5 Hz).
•
Snel knipperen (FLF) betekent dat de
LED afwisselend 0,25 s AAN en 0,25 s UIT
is (knipperfrequentie van 2 Hz).
LED 1 tot 4 geven de overeenkomstige status van
de controller in de normale bedrijfsmodus aan. Dit
betekent dat wanneer de op de CON25 aangesloten
thermostaat zijn spanningsvrij contact heeft
gesloten, LED 1 oplicht.
LEDs
Mogelijke indicatie
Functie
Ingeschakeld
(Run-modus)
Ingeschakeld
(Testmodus)
Ingeschakeld (batterij)
CV Warmtewisselaar 1
Service mode
KWM
ALM
Tapwater circulatie
Tapwater verwarming
12
LogoTronic HIU/ HCIU Controller voor elektronisch geregelde afleversets
1
2
Groen
Groen
Aan/uit/
Aan/uit/
knipperen
knipperen
(FLS/FLF)
(FLS/FLF)
Verwarming KT
verwarming
+ circulatie
AAN
AAN
AAN
FLS
FLF
3
4
Groen
Groen
Aan/uit/
Aan/uit/
knipperen
knipperen
(FLS/FLF)
(FLS/FLF)
PP
Koeling
5
betekent RGB-
kleur /Uit
Status
Groen
Magenta
Groen FLF
wit