Inhoudsopgave
Advertenties
9. Inbedrijfname/laden
9. Inbedrijfname/laden
4.
Laadproces starten
Laadproces starten
Sluit de go-eCharger en de auto via een Type 2
laadkabel (of bij een overeenkomstige auto via
een Type 2 op Type 1 adapterkabel) aan. Let erop
dat de Type 2 stekker tot de aanslag in de Type 2
bus van de lader steekt.
De lader is klaar voor het opladen en wacht op
de vrijgave door de auto. De leds branden geel in
het aantal sterktes van de vooraf ingestelde laad-
stroom.
5.
Laadproces
Laadproces
Na vrijgave van de lading door de auto draaien de
leds tijdens het opladen met de klok mee om de
Type 2 bus.
Het aantal "Staarten" komt overeen met het aantal
aangesloten fasen (of bij laders met serienummer
CM-03-/hardwareversie V3 met het aantal in de
app ingestelde fasen):
•
1 draaiende staart = 1-fase laden (230 V)
•
3 draaiende staarten = 3-fase laden (400 V)
De rotatiesnelheid en de lengte van de staart las
geven de hoogte van de laadstroom aan.
18
18
9. Inbedrijfname/laden
9. Inbedrijfname/laden
6.
Laadproces beëindigen
Laadproces beëindigen
Het laadproces is voltooid wanneer de leds groen
branden.
Als u het opladen voortijdig wilt afbreken, gebruikt
u de functie "Kabelontgrendeling" van uw voertuig
of de grote ronde knop van de go-eCharger-app
(weergave "Laden").
De kabel blijft in de Type 2 bus na beëindiging van
het laadproces in de standaardinstelling zolang
vergrendeld (aanpasbaar via de app) totdat deze
op het voertuig wordt losgetrokken (diefstalbeveil-
iging).
Bij onderbreking van de stroomvoorziening blijft
de laadkabel vanwege de diefstalbeveiliging in de
laadbox vergrendeld. Voor het ontgrendelen is het
nodig om de laadbox weer onder stroom te zetten.
Bij laders met hardwareversie 3 kan de kabel na
een stroomstoring ook automatisch worden ont-
grendeld, voor zover de functie eerst via de in-
stelling "Kabelontgrendeling" in de app werd geac-
tiveerd. In geval van stroomuitval is het dan echter
niet meer diefstalveilig.
19
19
Advertenties
Inhoudsopgave
