Inhoudsopgave
Advertenties
Honeywell BW Solo - gebruikershandleiding
9.10.1. Bump/kalibratie wel of niet forceren
9.10.1.1. Force Cal (Kalibratie forceren)
Wanneer deze functie is ingeschakeld, wordt op het display Cal Now (Nu kalibreren)
weergegeven. De gebruiker kan niet zonder kalibratie handmatig of via IntelliDoX voorbij dit
scherm gaan om naar het scherm Idle (Niet actief) te gaan.
Voor handmatige kalibratie: houd in het scherm de knop Cal Now (Nu kalibreren) ingedrukt
om het proces te starten. Volg de kalibratie-instructies. Zodra de kalibratie is voltooid, kan de
gebruiker doorgaan naar het scherm Idle (Niet actief). Als de kalibratie mislukt, keert het
instrument terug naar het scherm Cal Now (Nu kalibreren).
9.10.1.2. Force Bump (Bumpen forceren)
Wanneer deze functie is ingeschakeld, wordt op het display Bump Now (Nu bumpen)
weergegeven. De gebruiker kan niet zonder te bumptesten handmatig of via IntelliDoX voorbij
dit scherm om naar het scherm Idle (Niet actief) te gaan.
Voor handmatige kalibratie: houd de knop ingedrukt om het bumpproces te starten. Volg de
instructies voor het bumpproces. Zodra de bumptest is voltooid, kan de gebruiker doorgaan
naar het scherm Idle (Niet actief). Als de bumptest mislukt, keert het instrument terug naar het
scherm Bump Now (Nu bumpen). Als er geen actie wordt ondernomen, wordt het apparaat na
60 seconden automatisch uitgeschakeld.
De standaardinstelling voor bump- en kalibratieherinneringen is Off (Uit).
9.11. Data Logging (Gegevenslogboek)
Schakel Data Logging (Gegevenslogboek) in of uit en stel het interval (in seconden) in voor het
verzamelen van gegevens.
Opmerking: met het uitschakelen van het gegevenslogboek, wordt de optie Interval verborgen.
De standaardinstelling voor Interval is 005 seconden en het interval kan worden ingesteld
tussen 001 en 300 seconden.
De standaardinstelling voor gegevenslogboek is On (Aan).
9.12. BLE
Op instrumenten met BLE (Bluetooth Low Energy) kunt u BLE-communicatie in- of
uitschakelen, zodat het instrument al dan niet detecteerbaar is.
Opmerking: als BLE-werking gewenst is, moet deze optie bij het bestellen worden opgegeven.
• Wanneer BLE is uitgeschakeld, wordt het BLE-pictogram Off (Uit) weergegeven.
• Wanneer BLE is ingeschakeld, wordt het BLE-pictogram On (Aan) weergegeven.
De standaardinstelling voor BLE is On (Aan).
9.13. Assigned (Toegewezen)
Het instrument kan aan een persoon worden toegewezen en zijn of haar naam kan in het
instrument worden geprogrammeerd. U kunt toewijzing ook in- of uitschakelen, of de naam van
een toewijzing wijzigen of bewerken. De naam kan maximaal 10 tekens lang zijn.
29
Advertenties
Inhoudsopgave
