Inhoudsopgave
Advertenties
Version 1
Setup Modes & Functies
Maak u bekend met de verschillende functies en bedienings instellingen van de ultraprobe voor
aanvang van de inspectie. U kunt het instrument zo aanpassen dat de gewenste inspectie behoeften
worden weergegeven.
Setup Modus
1. Zet het instrument aan.
2. Ga naar het setup icoon in uw basis scherm.
3. Druk op het icoon van de setup mode..
Opmerking : Gebruik de OMHOOG/OMLAAG pijlen om door de setup functies heen te scrollen. Druk
op het vak om een instelling te selecteren of te veranderen. De box is nu gehighlite. Gebruik nu de
OMHOOG/OMLAAG om in de geselecteerde box instellingen te veranderen. Indien gereed druk
nogmaals op de box om deze te deselecteren.
Voorkeuren
: Hier kunt u het volgende selecteren:
Inspecteur id:
max 3 karakters.
Inspectie Module:
U kunt kiezen uit (Vb: SCM, LRM, STM etc.)
Meter Response:
Dit heeft effect op de reactive snelheid van de intensiteits indicator. Deze kan
ingesteld worden op: Langzaam, Medium of Snel.
De trekker word gebruikt om het display te "activeren" waardoor er een dB
Trekker Functies:
verschijnt in het scherm. dB wordt 'bervroren' wanneer de trekker word losgelaten. In het setup
menu kan "Laser aan" of "Laser uit" worden gekozen. Elke keer wanneer de trekker wordt gebruikt
zal de laser aan gaan (Indien Laser Aan) . Wanneer de trekker word losgelaten, zal de laser weer
uitgaan. Indien "Laser Uit" is geselecteerd zal de laser helemaal niet aangaan.
Alarm Inschakelen / Uitschakelen:
alarm niveau heeft bereikt of overschreden.
Alarm Rec (Opname)
tijd is 5 t/m 30 seconden. Ook kan de instelling manueel worden geselecteerd. Nu bepaalt u
hoelang de opname moet zijn. Druk op de REC knop in het Spectrum Scherm. Druk op STOP om
de opname te stoppen. Op manueel is de max. opnametijd 1 minuut.
Volume Koptelefoon:
gevoeligheid op het instrument mag niet te laag zijn. In deze situatie kan het volume naar beneden
gesteld worden van 100% naar 0%.
Uitschakeltijd:
De uitschakeltijd kan ingesteld worden op 5, 10 of 15 seconden. Of uitgeschakeld.
Indien uitgeschakeld, zal het instrument aanblijven totdat deze handmatig wordt uitgeschakeld.
Aanpassen Frequentie:
worden of niet in het display. Om de frequentie te "blokken" selecteer NEE, om de frequentie wel
aan te kunnen passen selecteer dan JA.
De fabrieksinstelling is 'Manueel'. Alle aanpassingen op het instrument worden
Instrument Setup:
door de inspecteur ter plekke gedaan wanneer hij zijn route loopt. De 'Automatisch' instelling word
gebruikt wanneer er baseline informatie is geupload naar de Ultraprobe 15000. In deze instelling
worden voor elk specifiek punt de baseline instellingen overgenomen (Frequentie en Gevoeligheid).
Gebruik dit om geluid op te nemen of wanneer een record een
Tijd:. Hier kan de opnametijd ingesteld worden. De lengte van de opname
Er kunnen situaties zijn dat het geluidsniveau oncomfortabel hoog is en de
Hier kunnen we instellen of de frequentie handmatig veranderd kan
14
Advertenties
Inhoudsopgave
