Inhoudsopgave
Advertenties
De volgende stuurcommando's kunnen met de
afstandsbediening worden geactiveerd:
Stuurcommando Beschrijving
Inleren kanaal A
Activeren
Verlichting
Lichtgroep kan worden in- en
schakelen
uitgeschakeld.
Test-aanwezig-
Aan / Uit
heid
Herstart
Melder opnieuw starten
Alle parameters en instellingen
Fabrieksinstel-
weer op de fabrieksinstelling
lingen
instellen.
Detectiezone
Het detectiebereik is onderverdeeld in twee onafhankeli-
jke detectiezones (zie 5, detectiebereik) Voor een maximaal
bereik worden zone 1 en 2 beide geactiveerd. Als een beper-
king van het detectiebereik noodzakelijk is, dan kan zone 1 of
2 worden gedeactiveerd.
Waardebereik
Instelbare waarden 'SendoPro 868-A'/'theSenda
B' (app)
Gewenste lichtsterkte kanaal A Licht
De gewenste lichtsterkte A bepaalt de minimaal gewenste
lichtsterkte. De momenteel aanwezige lichtsterkte wordt
onder de aanwezigheidsmelder gemeten. Is de aanwezige
lichtsterkte lager dan de gewenste, dan wordt het licht, voor-
zover er aanwezigheid wordt gedetecteerd, ingeschakeld (bij
bedieningswijze Volautomatisch).
Waardebereik
Instelbare waarden 'SendoPro 868-A' /'theSenda B'
(app)
Instelbare waarden 'theSenda P'
Deactivering van de lichtsterktemeting (lichtsterkteme-
ting heeft geen invloed)
De kanalen Licht schakelen alleen na aan- en
afwezigheid.
'SendoPro 868-A'/ 'theSenda B' (app)
'theSenda P'
Inleren kanaal A Licht
Bij inleren wordt de momenteel gemeten lichtsterkte als
gewenste lichtsterkte A overgenomen. Waarden buiten het
toegestane bereik worden automatisch op de betreffende
grenswaarde gezet.
'SendoPro 868-A'/ 'theSenda B' (app)
'theSenda P'
Ruimtecorrectiefactor A Licht
De ruimtecorrectiefactor is een maat voor het verschil tussen
de gemeten lichtsterkte bij het plafond en op de werkplek. De
meetwaarde lichtsterkte bij het plafond wordt beïnvloed door
de montageplaats, de lichtinval, de zonnestand, de weersom-
standigheden, de reflectie-eigenschappen van de ruimte en
het meubilair.
Met de ruimtecorrectiefactor wordt de meetwaarde lichts-
Activeerbaar
Acti-
terkte van het lichtkanaal A aan de omstandigheden in de
SendoPro
veerbaar
ruimte aangepast en kan zo op de gemeten luxwaarde op
868-A/
the-
theSenda B
Senda P
het vlak onder de aanwezigheidsmelder worden aangepast.
(app)
x
x
x
x
x
x
x
x
x
Ruimtecorrectiefactor =
Omgaan met managementafstandsbediening 'SendoPro 868-
A' en luxmeter:
Z1, Z2, Z1 & Z2
Omgaan met de app-afstandsbediening 'theSenda B' en de
app 'theSenda Plug':
30–3000 lux
30, 300, 500,
800 lux
Meting UIT
Toets
De standaardwaarde is 0,3 en is geschikt voor de meeste
toepassingen. Veranderingen zijn alleen in sterk afwijkende
situaties zinvol.
Detectiegevoeligheid
Inleren
Toets
De melder heeft 5 gevoeligheidsniveaus. De basisinstelling is
het middelste niveau (3). Door de selectie van de bedrijfsmo-
dus Testaanwezigheid wordt het ingestelde gevoeligheidsni-
veau niet gewijzigd. Met de managementafstandsbediening
'SendoPro 868-A' en de app-afstandsbediening 'theSenda
B' (met app 'theSenda Plug') kunnen de niveaus 1-5 worden
Œ
lichtsterkte bij het plafond/
lichtsterkte op de werkplek
•
De luxmeter wordt op het werkvlak onder de sensor
geplaatst en de gemeten luxwaarde wordt met de
afstandsbediening 'SendoPro 868-A' parameter <meet-
waarde lichtsterkte A> ingevoerd.
•
De ruimtecorrectiefactor wordt daaruit automatisch
berekend. Toegestaan zijn waarden tussen 0,05 en 2,0.
Berekende of ingevoerde waarden buiten het toegestane
gebied worden automatisch op de betreffende grens-
waarde gezet.
•
De berekende ruimtecorrectiefactor wordt direct overge-
nomen. Ter controle kan de ruimtecorrectiefactor via de
parameter <Ruimtecorr.factor A> worden opgevraagd.
•
Afstandsbediening 'theSenda B' verbinden met de bijbe-
horende app 'theSenda Plug'.
•
Toepasselijk meldtype kiezen en de parameterset laden.
•
Bij de parameter <meetwaarde lichtsterkte A> de zend-
knop
gebruiken.
•
Aanwijzingen van de app volgen.
•
De ruimtecorrectiefactor wordt daaruit automatisch
berekend. Toegestaan zijn waarden tussen 0,05 en 2,0.
Berekende of ingevoerde waarden buiten het toegestane
gebied worden automatisch op de betreffende grens-
waarde gezet.
•
De berekende ruimtecorrectiefactor wordt direct overge-
nomen. Ter controle kan de ruimtecorrectiefactor via de
parameter <Ruimtecorr.factor A> worden opgevraagd.
6
Advertenties
Inhoudsopgave
