• Schroef nu de schroef op pos. 3 weer naar binnen.
Span de schroef handvast aan .
• Plaats de accu opnieuw. Let erop dat de accu pos.
4 correct vergrendelt.
9.3 Greepbalk monteren
Verwijder de sleutelring (1) uit de bout en vervolgens
trekt u de bout geheel uit de boring.
1
• Richt nu de greepbalk op. Steek de bout weer in
de boring om de greepbalk in de opname vast te
zetten.
• Zet vervolgens de overbrenging weer vast met de
sleutelring (2). Span aansluitend de dopmoer M10
(3) stevig aan.
• Verwijder nu het verpakkingsmateriaal.
BA-Nr.: 06.09.201/2021-06-A01
REBOTEC /
4
3
9.4 Lineaire aandrijving monteren
• Om de lineaire aandrijving met de vorkarm te
verbinden, verwijdert u de sleutelring (1) en de
bout uit de boring van de vorkarm.
• Hef nu de vorkarm op en breng de boring van de
lineaire aandrijving (1) op één lijn met de boring
van de vorkarm.
• Door de bout erin te steken en deze met de
sleutelring vast te zetten, is de vorkarm veilig
verbonden met de lineaire aandrijving.
Let erop dat de sleutelring compleet
gesloten is!
9.5 Kniebeschermingseenheid
• Schroef de beide schroeven (1) uit de rijdbalk (A)
naar buiten en schroef vervolgens de houder (B)
vast
aan
de
stervormige schroef (2) los te draaien kan de
kniebescherming in de hoogte versteld worden.
A
9.6 Elektrisch systeem aansluiten
• De stekker van de lineaire aandrijving in de bus (1)
steken. Let daarbij op de positionering
- 8 -
NL
kniebescherming.
Door
B
de