Gebruiksaanwijzing 2985
Stapafstand
U kunt centimeters (
) of inches (
) als eenheid voor de stapafstand specifice-
ren. De door u gespecificeerde eenheid bepaalt tevens de gebruikte meeteenheid
voor de afstandswaarde in de stopwatch- en oproepfunctie, zoals hieronder getoond.
De volgende voorbeelden laten zien hoe u voor deze instelling waardes kunt berekenen.
239 stappen benodigd om een parcours van 300 meter af te leggen.
300 (meter) ÷ 239 stappen = 1,255 (ongeveer 1 meter en 25 cm)
239 stappen benodigd om een parcours van 330 yard af te leggen.
330 (yards) ÷ 239 stappen x 36 = 49,70 (ongeveer 50 inches)
Uw basisgegevens instellen
1. Terwijl het stopwatchfunctiescherm allemaal nullen
0 0 : :
0 0 0 0 ' ' 0 0 0 0 " " 0 0 0 0
(
tempowaarde op het display begint te knipperen.
Dit geeft aan dat het instelscherm geselecteerd is.
2. Druk op
getoonde wijze te verplaatsen om andere
instellingen te selecteren.
3. Als de instelling die u wilt wijzigen knippert, gebruik
hieronder getoond te wijzigen.
Als het temposignaal is ingeschakeld, klinkt het temposignaal in overeenstemming
met de tempowaarde terwijl het temposignaal- of tempowaarde-instelscherm op
het display getoond wordt.
4. Druk op
om het instelscherm te verlaten.
Als u de eenheid van de stapafstand niet kunt wijzigen, stel dan het cumulatieve
totaal opnieuw op allemaal nullen in.
Het temposignaal in- of uitschalen
1. Terwijl het stopwatchfunctiescherm allemaal nullen
0 0 : :
0 0 0 0 ' ' 0 0 0 0 " " 0 0 0 0
toont (
tempowaarde op het display begint te knipperen.
Dit geeft aan dat het instelscherm geselecteerd is.
2. Druk een keer op
scherm te tonen.
3. Druk op
te schakelen.
Een temposignaal-aan-indicator (
als deze instelling is ingeschakeld.
4. Druk op B om het instelscherm te verlaten.
Oproepfunctie
Gebruik de oproepfunctie om gegevens die in de
stopwatchfunctie zijn opgeslagen op te roepen en te
verwijderen.
Stopwatchgegevens worden opgeslagen in gegevens-
groepen die automatisch worden aangemaakt door
het horloge. Zie "Geheugenmanagement" voor meer
informatie.
Het titelscherm van de nieuwste gegevensgroep
verschijnt eerst als u de oproepfunctie selecteert.
Gegevensgroepnummers worden automatisch
opeenvolgend toegekend, beginnend bij
Alle bedieningen in deze sectie worden uitgevoerd in
de oproepfunctie die u selecteert door op
Stopwatch-gegevenssets oproepen
In de oproepfunctie, gebruik
om door de gegevensgroep-titelschermen te blade-
ren, beginnend vanaf de laatst opgeslagen gegevensgroep, zoals hieronder getoond.
Als het titelscherm van de gewenste gegevensgroep getoond wordt, gebruik
om door de gegevenssets van de gegevensgroep te bladeren.
Het cumulatieve totaalscherm toont de totale afstand vanaf het moment dat de
cumulatieve totaalafstand voor het laatst opnieuw op 0 is ingesteld.
De locatie van de rondetijd en de tussentijd (bovenste of onderste gedeelte van
het display) in het stopwatch-gegevensscherm wordt bepaald door de display
weergave die u als laatste in de stopwatchfunctie heeft geselecteerd.
De BEST-indicatie geeft de gegevens aan van de opgeslagen gegevensgroep met
de beste rondetijd.
) toont, houd
ingedrukt totdat de
om het knipperen op de hieronder
en
om deze als
), houd
ingedrukt totdat de
om het temposignaal-instel
O O N N
O O F F F F
om het temposignaal in (
) of uit (
)
) verschijnt
0 0 1 1
.
te drukken.
en
Als de gegevensset met de beste rondetijd automatisch wordt verwijderd als de
gegevensgroep vol is, wordt de BEST-indicatie niet veranderd naar de gegevens
met de op een na beste rondetijd. Zie "Geheugenmanagement" voor meer
informatie over automatische verwijdering van gegevens.
De voor de berekening van de afstand gebruikte meeteenheid hangt af van de
eenheid die u selecteert voor uw stapafstand zoals in de tabel hieronder getoond.
Zie "Basisgegevens invoeren" voor meer informatie.
Een gegevensgroep verwijderen
1. In de oproepfunctie, toon het titelscherm van de gegevensgroep die u wilt verwijderen.
Zie "Het cumulatieve totaalscherm opnieuw op 0 instellen" hieronder voor
informatie over wat er gebeurt als u het cumulatieve totaalscherm selecteert.
2. Houd
en
ingedrukt totdat het horloge een signaal geeft en
knipperen op het display.
Hierdoor wordt de volledige gegevensgroep verwijderd. Als u een gegevensgroep
verwijdert, wordt de waarde van de cumulatieve totaalafstand niet gewijzigd.
Het cumulatieve totaalscherm opnieuw op 0 instellen
1. In de oproepfunctie, toon het cumulatieve totaalscherm.
2. Houd
en
ingedrukt totdat het horloge een signaal geeft en
knipperen op het display.
Hierdoor wordt de cumulatieve totaalafstand opnieuw op 0 ingesteld, zonder
dat gegevensgroepen of gegevenssets worden verwijderd. Een nieuw cumulatief
totaal zal beginnen bij de volgende stopwatchbediening die u uitvoert.
TIMER
De timer kan worden ingesteld binnen een bereik van
1 minuut tot en met 100 uur. Een alarm klinkt als de
timer 0 bereikt.
U kunt ook automatisch herhalen selecteren,
waardoor de timer automatisch opnieuw vanaf de
ingestelde waarde begint als 0 bereikt wordt.
De timerfuncties zijn beschikbaar in de timerfunctie,
die u kunt selecteren door op
De starttijd van de timer instellen
1. Terwijl de timer-starttijd op het display getoond
wordt in de timerfunctie, houd
de uurinstelling van de timer-starttijd begint te
knipperen, wat aangeeft dat het instelscherm
geselecteerd is.
Als de timer-starttijd niet getoond wordt, gebruik dan de bediening bij "De
timer gebruiken" om deze te tonen.
2. Druk op
om bij het knipperen tussen de uur- en minuteninstelling te verplaatsen.
3. Gebruik
(+) en
(-) om de knipperende selectie te wijzigen.
Om de starttijd van de timer op 100 uur in te stellen, stel
4. Druk op
om het instelscherm te verlaten.
De timer gebruiken
In de timerfunctie, druk op
om de timer te starten.
Als het einde van de aftelling bereikt is en automatisch herhalen uitgeschakeld is,
klinkt het alarm gedurende 10 seconden of totdat u deze stopt door op een
willekeurige knop te drukken. De afteltijd wordt automatisch weer op de
ingestelde starttijd ingesteld als het alarm klinkt.
Druk tijdens een aftelling op
om deze te pauzeren. Druk nogmaals op
de aftelling te hervatten.
Om een aftelling volledig te stoppen, pauzeer deze dan eerst (door op
drukken) en druk vervolgens op
. Hierdoor wordt de afteltijd weer op de
startwaarde ingesteld.
Automatisch herhalen in- en uitschakelen
Terwijl de starttijd van de timer op het timerfunctie-
scherm wordt getoond, houd
twee seconden ingedrukt om automatisch herhalen in
(
getoond) of uit (
Als het einde van de aftelling bereikt is en
automatisch herhalen ingeschakeld is, klinkt het
alarm en begint de timer weer vanaf de starttijd
zonder te stoppen. U kunt de aftelling stoppen door
op
te drukken en de starttijd handmatig opnieuw
instellen door op
Automatische herhaling van de tijdmeting vindt
maximaal zeven keer plaats.
ALARMEN
U kunt vijf onafhankelijke dagelijkse alarmen instellen.
Als een alarm is ingeschakeld, klinkt het alarm als de
alarmtijd bereikt is. Een van de alarmen kan worden
ingesteld als een wekalarm of een eenmalig alarm
terwijl de andere vier eenmalige alarmen zijn. U kunt
ook een uursignaal inschakelen waarna het horloge elk
heel uur twee keer een signaal geeft.
Er zijn vijf alarmschermen genummerd
Het uursignaalscherm wordt aangegeven door
Alle bedieningen in deze sectie worden uitgevoerd
in de alarmfunctie, die u selecteert door op
drukken.
Een alarmtijd instellen
1. In de alarmfunctie, gebruik
schermen te bladeren totdat het alarm waarvan u de
tijd wilt instellen getoond wordt.
CLR
eindigt te
CLR
eindigt te
te drukken.
ingedrukt totdat
0 0 : : 0 0 0 0
in.
om
te
gedurende ongeveer
niet getoond) te schakelen.
te drukken.
1 1
5 5
tot en met
.
: : 0 0 0 0
.
te
om door de alarm
2