Kiezen van de beeldweergavefunctie
Deze functie stelt u in staat om de beeldweergave te wijzigen of aan te passen om het ontvangen beeld
te verbeteren. Afhankelijk van het ingangssignaal kunt u kiezen tussen "NORMAAL", "VOLLEDIG",
"PUNT VOOR PUNT", "KADER", "REK" of "SLIMME REK".
Wijzigen van de
beeldweergave bij gebruik van
verschillende ingangssignalen
Druk op
.
• Bij iedere druk op
verandert het display zoals
weergegeven op bladzijde
Info
• Bij de "PUNT VOOR PUNT"-weergave worden de
beelden weergegeven met de oorspronkelijke
resolutie en kunnen ze bijgevolg niet worden vergroot.
• Om terug te keren naar het standaardbeeld,
drukt u op
terwijl
"GROOTTE
op het scherm verschijnt.
COMPUTER
SVGA (800 × 600)
XGA (1024 × 768)
4:3
beeldverhouding
SXGA (1280 × 960)
UXGA (1600 × 1200)
SXGA (1280 × 1024)
Andere beeldverhoudingen
• "NORMAAL" wordt vastgelegd wanneer XGA-signalen (1024 × 768) worden ingevoerd.
Ingangssignaal
Lagere resolutie
dan XGA
4:3 beeldverhouding
XGA
4:3 beeldverhouding
Hogere resolutie
dan XGA
4:3 beeldverhouding
SXGA (1280 × 1024)
52
52
en 53.
AANPASSEN"
NORMAAL
1024 × 768
1024 × 768
1024 × 768
1024 × 768
960 × 768
NORMAAL
Projecteert het beeld op het
volledige scherm met behoud
van de beeldverhouding.
Schermdisplay van beeldweergavefunctie
VOLLEDIG
PUNT VOOR PUNT
800 × 600
—
—
1280 × 960
—
1600 × 1200
—
1024 × 768
1280 × 1024
Weergavebeeld
VOLLEDIG
PUNT VOOR PUNT
Projecteert het beeld op het
Projecteert het beeld met het
volledige scherm
oorspronkelijke resolutie-
ongeacht de beeldverhouding.
signaal.
Schermgrootte-
toets (RESIZE)
—