1. Introductie Deze handleiding heeft betrekking op de volgende brandmeldcentrales: CSP-204 - 4 zones conventionele brandmeldcentrale met LCD display, CSP-208 - 8 zones conventionele brandmeldcentrale met LCD display. De handleiding legt ook uit hoe de brandmeldcentrale op afstand bediend kan worden via het nevenpaneel en hoe het virtuele paneel gebruikt kan worden.
Pagina 4
SATEL Bedieningshandleiding − bedieningsknoppen; − zone omschrijving voor eenvoudige identificatie van de detectiegroepen; − LCD display voor eenvoudige uitlezing van informatie; − sleutelschakelaar voor het wijzigen van het toegangsniveau. Fig. 2. Voorzijde van de CSP-208 brandmeldcentrale. Fig. 2. Voorzijde van de PSP-208 nevenpaneel.
CSP-204 ● CSP-208 ● CSP-104 ● CSP-108 SATEL Fig. 3. Voorzijde van de CSP-204 brandmeldcentrale. Fig. 4. Voorzijde van de PSP-204 nevenpaneel. 2.1 LED indicaties Beschrijving Kleur Indicaties AAN – storing storing geel knippert – storing geheugen knippert – test functie geactiveerd AAN –...
Pagina 6
SATEL Bedieningshandleiding knippert – uitschakeling niet actief AAN – zones, slow-whoops, brandalarm geel doormeldingsuitgang of storingsmelding uitgang zijn uitgeschakeld zone 1 zone 2 zone 3 zone 4 knippert – zone storing (kortsluiting of verbroken) geel AAN – zone is uitgeschakeld of wordt getest...
CSP-204 ● CSP-208 ● CSP-104 ● CSP-108 SATEL knippert – waarschuwing, storing doormeldingsuitgang is actief (geen bevestiging of transmissie) storingsmelding geel AAN – waarschuwing, storing doormeldingsuitgang is actief en de transmissie is bevestigd knippert – brandalarm doormeldingsuitgang is actief (geen bevestiging of transmissie)
Pagina 8
SATEL Bedieningshandleiding CSP-104 en CSP-108 panelen] - functie voor het uitschakelen van de zones, signalering, brandalarm uitgang of storingsuitgang - voor het controleren van de data geprogrammeerd in het paneel [alleen voor de CSP-104 en CSP-108 panelen] - na het indrukken van de knop –...
CSP-204 ● CSP-208 ● CSP-104 ● CSP-108 SATEL - verlaten van het submenu of functie en maakt het uitvoeren van andere functies in het programmeer menu mogelijk - naar boven gaan en om ander functies uit te voeren in het...
SATEL Bedieningshandleiding − rode LED snel knipperend of is bij het zonenummer welke het alarm geactiveerd heeft; − geluid; − een bericht op het display: in de bovenste regel: naam van de zone waar het alarm als eerste is opgetreden / opvolgende alarmen nummering en het totaal aantal alarmen;...
CSP-204 ● CSP-208 ● CSP-104 ● CSP-108 SATEL − toegang verkrijgen op niveau 2 vanaf het nevenpaneel zal niet mogelijk zijn als de brandmeldcentrale geactiveerd is op niveau 2. 4.2 Bediening met toegangsniveau 1 4.2.1 De akoestische signalering uitzetten op de brandmeldcentrale...
SATEL Bedieningshandleiding Bekijken van het gebeurtenis logboek Na het starten van de functie zal informatie van het laatste gebeurtenis worden weergegeven in het display: − bovenste regel: opvolgend nummer van het gebeurtenis / totaal aantal gebeurtenissen; − onderste regel: de tijd dat de gebeurtenis is opgetreden.
CSP-204 ● CSP-208 ● CSP-104 ● CSP-108 SATEL 4.3.2 Procedure bij een alarm 1. Druk op de knop om het alarm te bevestigen om de akoestische signalering op de brandmeldcentrale en/of nevenpaneel te stoppen. De rode B LED zal RAND overgaan van knipperend naar AAN.
SATEL Bedieningshandleiding − druk op de knop om de signalering uit te schakelen. Na het drukken op de knop zal de gele LED AAN gaan naast de knop(als deze uit was), of zal UIT gaan (als deze aan was). Om een component uit te schakelen dient de LED AAN te zijn.
2. Voer het IP adres van de module in de adresbalk in en druk op de ENTER toets. 3. De login pagina zal worden weergegeven in de web browser. Voer uw code in (standaard: satel) om toegang te verkrijgen tot het virtuele paneel. Fig. 10. Inloggen op het virtuele paneel.
Pagina 16
SATEL Bedieningshandleiding Fig. 11. Virtueel paneel. type brandmeldcentrale. iconen volgende informatie verschaffen over status de brandmeldcentrale: - toegangsniveau 1; - toegangsniveau 2; - vertraagde alarm mode uitgeschakeld; - vertraagde alarm mode ingeschakeld; - brandalarm uitgang is actief (doormelding); - brandalarm uitgang is actief (doormelding) en de transmissie is bevestigd;...
Pagina 17
CSP-204 ● CSP-208 ● CSP-104 ● CSP-108 SATEL − SERVICE − STORING − SYSTEEM OK de datum en tijd op de brandmeldcentrale. het gebied waar informatie over vooralarmen en alarmen worden weergegeven. Een zone naam wordt voorafgegaan van een icoon: - vooralarm;...