Het 4-punts elektrisch kanteljuk met paddenstoeltjes is alleen geschikt voor gebruik in
combinatie met een tilband met clipbevestiging. Een 2-punts tiljuk met haken is alleen
geschikt voor gebruik in combinatie met een tilband met lussen.
2.3 Bediening tilarm met tiljuk
De losse handbediening en het bedieningspaneel is voorzien van 6 knoppen. Op de
knoppen (1) staan de symbolen vermeld voor het voor omhoog bewegen (gaan
staan) en omlaag bewegen (gaan zitten). Door op de knop te drukken en vast te
houden zal de tilarm omhoog of omlaag gaan.
2.4 Bediening kanteljuk en Flexjuk
Het kanteljuk (of Flexjuk) kan naar achteren gekanteld worden voor een liggende
positie en naar voren voor een zittende positie van de cliënt. De beweging kan
worden geactiveerd op de linker of rechter knop te drukken met het kantel symbool
(2). Meerdere functies kunnen tegelijkertijd bediend worden, zoals hoog/laag en
kantelen van het juk. Wanneer verschillende functies na elkaar gebruikt worden
dient voor een juiste werking rustig gewisseld te worden tussen de knoppen.
2.5 Bediening onderstel en rem
De breedte van het onderstel van de tillift kan breder en smaller worden gemaakt om een (rol)stoel of
ander hulpmiddel of meubel goed te kunnen benaderen. Pak de handbediening en druk op de linker
knop met onderstel symbool (3) en de poten gaan uit elkaar. De rechterknop is bedoeld voor het
sluiten van de poten. Voor rijden en manoeuvreren met de tillift is het aan te raden het onderstel op
de smalste stand te zetten.
De twee achterste wielen zijn voorzien van een rem, deze kunnen met de voet bediend worden; beugel
naar beneden drukken om remfunctie in te schakelen, beugel naar boven duwen om het wiel te
ontgrendelen.
2.6 Nooddaalfunctie
Mocht de tillift onverwachts niet meer omhoog of omlaag gaan, dan kan de cliënt
met de nooddaalfunctie handmatig op een bed of stoel geplaatst worden. Aan de
bovenzijde van de mast bevindt zich in het midden van het afdekplaatje een bout.
Activeer de noodknop en plaats de bijgeleverde oranje inbussleutel (zie
baleinenetui aan de mast) in de bout. Draai de inbussleutel tegen de klok in om de
cliënt te laten zakken. Het laten stijgen is mogelijk door de inbussleutel de andere
kant op draaien.
Tijdens het naar beneden draaien met het sleuteltje nooit op het zelfde moment ook nog
proberen de lift op een andere manier te bedienen. Plaats eerst de cliënt veilig terug in
de stoel of het bed. Zet de lift direct buiten gebruik. Vraag de technische dienst en/of
leverancier de lift te controleren op gebreken.
Gebruikshandleiding PowerMOVE Mini 3.1 Versie 04-2023
9