Inhoudsopgave
Advertenties
Metingen uitvoeren
Waarschuwing voor laserstralen
Laserklasse 2, P max.: < 1 mW, λ: 400-700 nm,
EN 60825-1:2014
Kijk nooit direct in de laserstraal, resp. in de opening
waar de laserstraal uitkomt.
Richt de laserstraal nooit op personen, dieren of
reflecterende oppervlakken. Al een kort zichtcontact
met de laserstraal kan tot oogschade leiden.
Het bekijken van de laseruitgang met optische
instrumenten (bijv. loep, vergrootglazen, etc.), vormt
een gevaar voor uw ogen.
Bij het werken met een laser uit de klasse 2 de
nationale wetgeving voor het dragen van
oogbescherming opvolgen.
Afzonderlijke meting uitvoeren
Ga als volgt te werk om een afzonderlijke afstand te meten:
ü Het apparaat is ingeschakeld.
1. Druk kort op de toets
2. Richt de laser op het doeloppervlak.
3. Druk opnieuw kort op de toets
afstandsmeting uit te voeren.
ð De gemeten waarde wordt meteen op het display
weergegeven.
4. Druk nogmaals op de toets
de volgende meting.
II.
I.
NL
(12) om de laser te activeren.
(12) om een
(12) om te beginnen met
Duurmeting uitvoeren
ü Het apparaat is ingeschakeld.
1. Druk de toets
ð De duurmeetmodus is ingeschakeld.
2. Richt het apparaat zoals gewenst op de te meten
doeloppervlakken.
ð De actuele meetwaarde wordt op het display
weergegeven.
3. Druk kort op de toets
ð De als laatste gemeten afstand wordt onthouden.
ð De modus voor afzonderlijke metingen is weer
geactiveerd.
Nivellering
1. Druk kort op de toets
schakelen.
ð De lijnlaser wordt ingeschakeld.
ð Op het display is alleen het batterijsymbool (10) te zien.
2. Lijn het apparaat met behulp van de ingebouwde
waterpassen uit om met de laser een horizontale of
verticale lijn op het doeloppervlak te projecteren.
BD1L
(12) 2 seconden in.
(12).
(14) om de lijnlaser in te
7
Advertenties
Inhoudsopgave
