>>>
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE
Kaart-toolbox
> D
In de kaart-toolbox kunt u instellingen
voor de navigatie en voor het weergeven
> GB
van de kaart en de route configureren.
> F
> Druk in de kaartweergave op de draai-/
drukknop.
> I
> E
> P
> NL
> DK
De kaart-toolbox verschijnt.
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> RUS
36
Navigatie
Opmerking:
De volgende functies zijn alleen bij een
actieve navigatie beschikbaar.
> Selecteer in de kaart-toolbox
Op het display verschijnt het menu Navi-
gatie.
Navigatie afbreken
U kunt een actieve navigatie afbreken.
> Selecteer in het menu Navigatie
.
gatie stoppen
De navigatie naar alle bestemmingen
wordt afgebroken.
Opmerking:
Zo nodig kunt u de navigatie zoals be-
schreven onder Het hoofdmenu op
pagina 12 afbreken.
Tussenstop invoeren/wissen
U kunt met deze functie een tussenstop
invoeren of een ingevoerde tussenstop
weer wissen.
> Selecteer in het menu Navigatie
senstop toev.
.
Navigatie
U kunt dan, zoals onder 'Bestemming in-
voeren' op pagina 19 beschreven een be-
stemming als tussenstop invoeren. Ook
kunt u met
Uit laatste bestemmingen se-
een bestemming in de laatste be-
lecteren
stemmingen kiezen.
Na het invoeren van de gewenste tus-
sentop wordt de route opnieuw berekend.
De ingevoerde tussenstop wordt op de
kaart met een rood vlaggetje aangegeven.
Tussenstop wissen
Navi-
> Selecteer in het menu Navigatie
senstop verw.
De tussenstop wordt gewist. De route
wordt opnieuw berekend.
Tus-
.
Tus-
.