Het apparaat bedienen
5
4
1. Het effect inschakelen
Nadat u de aansluitingen hebt gemaakt, drukt u op de voetschakelaar
om het effect in te schakelen (de CHECK-indicator licht rood op).
* De DD-7 heeft een functie voor naadloze omschakeling
waarbij het delaygeluid geleidelijk uitsterft, zelfs nadat de
effecten zijn uitgeschakeld.
* In de HOLD-modus kan dit effect niet worden in- of
uitgeschakeld.
* U kunt verschillende delayeffecten krijgen door de
aansluitingen te veranderen. Raadpleeg "De uitvoermethode
instellen" (p. 13) voor meer informatie.
3
2
2. De modus selecteren
Gebruik de MODE-regelaar om de te gebruiken modus te selecteren.
* De mogelijke bewerkingen zijn afhankelijk van de modus.
Controleer dit voor elke bewerking.
3. De delaytijd regelen
Regel de delaytijd met de D.TIME-regelaar.
4. Het feedbackniveau regelen
Gebruik de F.BACK-regelaar om het feedbackniveau (het aantal keer
dat het geluid wordt herhaald) te regelen.
* Oscillatie kan optreden bij de invoer van bepaalde geluiden
of wanneer de regelaar op bepaalde posities wordt gezet.
5. Het volume wijzigen
Regel het volumeniveau van het effectgeluid met de E.LEVEL-
regelaar.
9