Temperatuurmanagement
Datum hoeft niet te worden ingesteld!
Wanneer de datum al (correct) is ingesteld, kunt u met toets P het
instellen hier al verlaten.
•
Bevestig telkens met toets
Na de laatste bevestiging met S keert u automatisch terug naar het
programmamenu.
•
Druk op toets P, om naar de normale weergave terug te keren.
8.2. Temperatuurfase wijzigen – menuonderdeel tEMP
In menuonderdeel tEMP kunt u de volgende temperatuurfasen wijzigen:
•
Comforttemperatuur (standaardinstelling 21,0 °C)
•
Nachttemperatuur (standaardinstelling 18,0 °C)
•
Vorstbeveiligingstemperatuur (standaardinstelling 10,0 °C)
Vorstbeveiligingstemperatuur controleren
De vorstbeveiligingstemperatuur kunt u ook in menuonderdeel
„Vorstbeveiligingstemperatuur" controleren en instellen. Een wijziging
van de vorstbeveiligingstemperatuur in het ene menuonderdeel geldt
direct ook in het andere menuonderdeel. De klokthermostaat werkt
slechts met één vorstbeveiligingstemperatuur!
Ga in het programmamenu naar menuonderdeel tEMP (zie pagina 7).
De temperatuurinstelling van de comforttemperatuur knippert.
Bovendien knippert de weergave van de bedrijfsstand aan de
rechterrand van het display.
Druk op de toetsen + of -, om de gewenste temperatuur in te stellen.
Bevestig met toets
De weergave gaat automatisch over naar de volgende
temperatuurfase, de nachttemperatuur.
Voer de instelling van de nacht- en vorstbeveiligingstemperatuur op
dezelfde manier uit.
Na de laatste bevestiging met S keert u automatisch terug naar het
programmamenu.
Druk op toets P, om naar de normale weergave terug te keren.
Wijzigingen in de temperatuurfasen annuleren:
Druk op toets
annuleren.
U keert automatisch terug naar het programmamenu. De
temperatuurfase, die u als laatste voor bewerking had geopend, wordt
niet opgeslagen.
Druk op toets P, om naar de normale weergave terug te keren.
Centraalplaat voor klokthermostaat
Art.-nr.: UT 238 D, UT 238 E
.
.
, om het instellen van de temperatuurfasen te
9