Overschakelen tussen AF-kaders/
weergavepositie wijzigen
1
Druk op
Als u opnamen maakt met
de AiAF-modus ingesteld op
[Aan]
(p. 46)
met meerdere AF-kaders
hebt geselecteerd, kunt u de
focus instellen op een ander
AF-kader door op de knop MENU te drukken.
2
Druk op
de weergavemodus
met de knop
of
.
Op de camera wordt nu
de modus voor het wijzigen
van de weergavepositie geactiveerd. Wijzig de
weergavemodus met de knop
Druk op de knop MENU om terug te keren naar de
standaardweergavepositie. Als u een beeld met
meerdere AF-kaders hebt geselecteerd, wordt
beurtelings scherpgesteld op een ander AF-kader.
Druk nogmaals op de knop FUNC./SET om de
modus voor het wijzigen van de weergavepositie
te annuleren.
U kunt een beeld verwijderen door op de knop
drukken terwijl dit beeld wordt weergegeven. Dit geldt
echter niet in de modus voor het wijzigen van de
weergavepositie (Zie Verkorte handleiding, p. 12).
Als u op de knop DISP. drukt, wordt de weergave op het
LCD-scherm als volgt gewijzigd.
Bevestiging van scherpstelling
Geen informatie
.
en een beeld
en wijzig
,
,
,
,
of
Gedetailleerd
.
te
67