Montage- en Bedieningshandleiding
• Afstand containerbodem tot steunpunten van container meten
• Sonde zoals aangegeven inbouwen
• Montagedoorsnede in container voor sonde-opnamegedeelte B : 22 tot 30 mm
• Correcte sondelengte X door verschuiven van de steunpijp C in het sonde-opnamegedeelte
B instellen en via bevestigingsschroef G vastzetten.
CONTROLE: Sensor F mag niet op de bodem van de container liggen.
Aanzicht van de sonde – Uitvoering voor containermontage
Indicator – Dwarsdoorsnede
Elektrische installatie
Voor verbindingsleiding tussen indicator en sonde:
Dwarsdoorsnede leiding: 2 x 0,5 mm
Uitvoering:
Maximale lengte:
Aansluiting:
Verzorgingsspanning:
2
. Spanning sonde 12 V
Vochtruimte NYM of YR, in de grond NYY of gelijkwaardig
100 m tot 200 m. Doorsnede leiding in 2 x 1,5 mm
Indicator:
Klemmen 4 en 5 "Voeler"
Op polariteit hoeft hier niet te worden gelet.
Aansluitkabel voor sonde A : aan indicator of
verlenging met kabelverbindingsarmatuur (speciaal-toebehoren)
230 V AC 50 Hz. Aansluiting aan klemmen "Net" in indicator
(leiding wordt niet meegeleverd)
Artikel-Nr. 15 073
Uitgave 06.2004
Bladzijde 5 van 10
2
uitvoeren