3
Druk de ontspanknop half in.
Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen
(als het onderwerp slecht belicht is, kan de flitser
opklappen en kan de AF-hulpverlichting gaan
branden). Zodra de scherpstelbewerking is
voltooid, klinkt er een signaal (een signaal is
mogelijk niet te horen als het onderwerp
beweegt) en het actieve scherpstelpunt en de
scherpstelaanduiding (I) verschijnen in de
zoeker.
Scherpstelaanduiding
I
I (knippert)
4
Maak de foto.
Druk de ontspanknop op soepele wijze helemaal in
om de sluiter te ontspannen en de foto vast te
leggen. Het toegangslampje van de
geheugenkaart gaat branden en de foto wordt
gedurende enkele seconden in de monitor
weergegeven. De geheugenkaart mag niet worden
uitgeworpen en de voedingsbron niet verwijderd of
ontkoppeld voordat het toegangslampje uit is en de
opname is voltooid.
A
De ontspanknop
De camera heeft een tweetraps ontspanknop. De camera stelt scherp zodra de ontspanknop half
wordt ingedrukt. Druk de ontspanknop volledig in om de foto te maken.
Het half indrukken van de ontspanknop beëindigt tevens de weergave en maakt de camera
gereed voor onmiddellijk gebruik.
Beschrijving
Onderwerp scherp in beeld.
Camera kan niet scherpstellen
met autofocus. Zie pagina 72.
Stel scherp: druk half in
Scherpstelpunt
Scherpstelaanduiding Buffercapaciteit
Toegangslampje
geheugenkaart
Vastleggen: volledig indrukken
19