Eerste uitgave • negende druk
Niet bedienen tenzij:
U de beginselen voor een veilige bediening
van de machine, zoals beschreven in deze
bedieningshandleiding, hebt bestudeerd en
geoefend.
1 Vermijd gevaarlijke situaties.
2 Voer altijd een inspectie uit voordat u de
machine gaat gebruiken.
3 Voer altijd functietests uit voordat u de
machine gaat gebruiken.
Zorg dat u de functietests kent en begrijpt
voor u verder gaat met het volgende
gedeelte.
4 Inspecteer de werkplek.
5 Gebruik de machine alleen zoals is bedoeld.
Grondbeginselen
De functietests dienen om te onderzoeken of er
storingen aanwezig zijn voordat de machine in
bedrijf wordt genomen. Om alle machinefuncties
te testen, dient de operator de stapsgewijze
instructies te volgen.
Een niet goed werkende machine mag nooit worden
gebruikt. Als een storing wordt ontdekt, moet de
machine worden voorzien van een label en uit
bedrijf worden genomen. Reparaties aan de
machine mogen alleen door een bevoegde
servicemonteur worden uitgevoerd volgens de
specificaties van de fabrikant.
Nadat de reparaties zijn uitgevoerd, moet de
operator opnieuw de inspectie vóór het gebruik en
de functietests uitvoeren voordat de machine in
bedrijf wordt genomen.
Onderdeelnr. 48735DU
Genie GS-2668 RT en Genie GS-3268 RT
Functietests
1 Kies een testgebied zonder obstructies, dat
stevig en vlak is.
Bij de grondbediening
2 Trek de rode noodstopknop van de platform- en
grondbediening uit naar de stand
3 Draai de sleutelschakelaar naar grondbediening.
4 Kijk naar het LED
diagnosescherm.
Resultaat: Het LED
dient eruit te zien zoals
de tekening rechts.
5 Start de motor.
Zie het gedeelte
Bedieningsinstructies.
Noodstop testen
6 Druk de rode noodstopknop van de
grondbediening in naar de stand
Resultaat: De motor hoort af te slaan en er
horen geen functies te werken.
7 Trek de rode noodstopknop uit naar de stand
en start de motor opnieuw.
AAN
Functies omhoog/omlaag testen
De hoorbare waarschuwingen op deze machine en
de standaardclaxon komen allemaal van hetzelfde
centrale alarm. De claxon geeft een constante toon.
Het daalalarm geeft 60 pieptonen per minuut. Het
alarm dat afgaat wanneer de machine niet
horizontaal staat, geeft 180 pieptonen per minuut.
8 Houd de functieschakelaar niet naar een van
beide zijden en activeer de functie platform
omhoog.
Resultaat: Geen enkele functie hoort te werken.
Bedieningshandleiding
.
AAN
.
UIT
17