INGEBRUIKNAME
1.
Als het alarmsysteem is geactiveerd en
de POWER-knop knippert, ontgrendel dan
eerst de scooter met de afstandsbediening
om het alarmsysteem uit te schakelen.
2.
Zet de centrale vergrendeling aan
druk binnen 2 seconden twee keer op de
activeringsknop van de afstandsbediening.
3.
Remmen indrukken
4.
Houd de POWER-knop ten minste 3 secon-
den ingedrukt totdat de READY-indicator
gaat branden.
5.
Het voertuig is nu klaar om te rijden.
WAARSCHUWING
Voordat u vertrekt, moet u ervoor zorgen dat u
vertrouwd bent met alle bedieningselementen
en hun functies.
WEGRIJDEN
of
1.
Trek met uw linkerhand aan de remgreep
en houd de houdgreep met uw rechterhand
vast. Duw vervolgens de scooter van de
bokstandaard of zet hem recht en klap de
zijstandaard op.
2.
Ga op de buddyseat zitten en stel de ach-
teruitkijkspiegels in.
3.
Stel de richtingaanwijzer in.
4.
Let op het verkeer en draai langzaam aan
de draaigreep rechts om weg te rijden.
5.
Schakel de richtingaanwijzer uit.
HET RIJDEN
VERSNELLEN / VERTRAGEN
De snelheid kan worden aangepast door de snel-
heidsregelaar rechts aan het stuur te draaien.
Om de snelheid te verhogen, draait u de draai-
greep in de richting (a). Om de snelheid te ver-
lagen, draait u de draaigreep in de richting (b).
19