STUURSCHAKELAAR
1
2
4
3
1.
Schakelaar grootlicht/dimlicht
Door de positie van de schakelaar te wijzigen
kunt u schakelen tussen grootlicht
licht
.
2.
Schakelaar richtingaanwijzers
Om de rechter knipperlichten in te schakelen,
schuift u de schakelaar naar rechts
linker knipperlichten in te schakelen, schuift u de
schakelaar naar links
. Om de knipperlichten
uit te schakelen, schuift u de schakelaar terug
naar de middelste stand.
3.
Claxon
Druk op de knop
om de claxon te bedienen.
POWER-knop P
4.
Houd de knop ten minste 3 seconden ingedrukt
om de scooter te activeren. De READY-indicator
brandt en de scooter is klaar om te vertrekken.
Druk kort op de knop P om de scooter te de-
activeren.
5.
Lichtschakelaar
Door de stand van de schakelaar te wijzigen kunt
u de koplamp aan of uit zetten.
5
6.
Keuzeschakelaar rijstanden
Deze scooter heeft 3 rijstanden:
6
•
Linker stand: 3 "Sportstand" (maximaal ver-
mogen, beperkt bereik)
7
•
Middelste stand: 2 "Normale stand" (gemid-
deld bereik, gemiddeld vermogen)
•
Rechter stand: 1 "ECO-stand" (maximaal
bereik, beperkt vermogen)
en dim-
7.
Thuisbreng-knop
Zodra een van de vier controlelampjes in het in-
strumentenpaneel brandt en er een storing op-
treedt, kan de scooter naar de dichtstbijzijnde
. Om de
werkplaats worden gereden door deze knop in
het noodprogramma ingedrukt te houden.
INSTRUMENTEN EN BEDIENING
REMGREEP LINKS
De remgreep voor de achterrem bevindt zich
links aan het stuur. Om te remmen trekt u de
greep naar het stuur toe.
REMGREEP RECHTS
De remgreep voor de voorrem bevindt zich aan
de rechterkant van het stuur. Om te remmen trekt
u de greep naar het stuur toe.
13