De nalooptijd kan op impulsgever-werking of met de gedefinieerde waarden 10 s, 1 min., 3 min.
(fabrieksinstelling), 10 min. en 30 min. ingesteld worden. In de tussenbereiken geschiedt de in-
stelling traploos. In uitleveringstoestand bedraagt de nalooptijd 3 minuten.
i
Verlichtingsmiddelenslijtage door veelvuldig schakelen bij zeer korte nalooptijden in acht
nemen.
Instelling inschakelhelderheid (afbeelding 5, 13) in de gewenste positie draaien.
Impulsgever-werking instellen
De impulsgever-werking is voor de aansturing van trappenhuisverlichtings-/stroomstootschake-
lingen geschikt. Bij impulsgever-werking wordt de schakeluitgang 200 ms ingeschakeld als de
inschakelhelderheid onderschreden is en een beweging gedetecteerd wordt. Vervolgens wordt
de bewegingsherkenning voor 10 s vergrendeld.
Nalooptijd potentiometer (afbeelding 5, 13) in de positie
Gevoeligheid instellen
In de fabriek is de detectie op maximale gevoeligheid ingesteld. Komt het tot regelmatige foutre-
gistratie dan kan de gevoeligheid gereduceerd worden.
Gevoeligheid potentiometer (afbeelding 5, 9) in de gewenste positie draaien.
5.3 Inbedrijfstelling en bediening met configuratiehandzenders
De bewegingsmelder kan ook door middel van configuratiehandzenders (bestelnr. 8560
91 00) in bedrijf genomen en geconfigureerd worden. Hiervoor bevat het apparaat een IR-
ontvangstdiode bevat.
i
Bij bediening, voorzijde van de handzender in de richting van de IR-ontvangerdiode richten.
Bewegingsmelder voor aansturing via handzender activeren/deactiveren
Inschakelhelderheid potentiometer (afbeelding5, 13) in positie T brengen.
Bediening en instellingen moeten vanaf nu via de handzender geschieden.
Potentiometerinstellingen aan het apparaat worden niet meer geëvalueerd.
Op de potentiometer een inschakelhelderheid afwijkend van T instellen, om de aansturing
via handzenders te deactiveren.
6W-5826
Afbeelding 9: toepassing van de handzender
Pagina 10/13
draaien.
09-2012