Veiligheidsvoorschriften en -praktijken
Lees de Gebruikershandleiding grondig alvorens de apparatuur te monteren, een onderhoudsbeurt te geven
of te gebruiken. De eigenaar moet voldoen aan alle veiligheidsvoorschriften in deze handleiding. Het is ook
de verantwoordelijkheid van de eigenaar om gebruikers op te leiden over de veilige en goede werking van
de apparatuur en om alle waarschuwingslabels en instructieborden goed te plaatsen. Alle gebruikers
moeten deze labels en borden lezen voordat de apparatuur wordt gebruikt.
Ankerapparaten
De eigenaar mag niet toestaan dat apparatuur wordt gebruikt totdat deze goed is verankerd zoals hieronder wordt
beschreven.
Voorzorgsmaatregelen voor de veiligheid in de faciliteit
Laat niemand, evenmin trainers, de apparatuur gebruiken op een andere manier dan die afgebeeld op de
instructiebordjes die op elk toestel voorzien zijn.
Installeer apparatuur niet op een ongelijk oppervlak. Het stevige, horizontale oppervlak dient niet meer dan 0,3
cm (1/8") af te wijken over een afstand van 25 cm (10") of zoals bepaald en vereist door de plaatselijke bouwkundige
en architecturale voorschriften.
Het is de verantwoordelijkheid van de eigenaar van de faciliteit van de apparatuur om te zorgen dat er voldoende
tussenruimte is rond elke machine om voor veilig gebruik en veilige doorvoer mogelijk te maken.
In overeenstemming met de ADA (American Disabilities Act) moet er een vrije vloerruimte zijn van minstens 30 bij
48 inches en moet toegankelijk zijn via een toegestane route voor elk type oefenmateriaal. Wanneer de vrije ruimte
ingesloten is aan drie zijden (b.v., door muren of het apparaat zelf), moet de vrije ruimte 36 bij 48 inches zijn.
Alle andere machines moeten een vrije vloerruimte van 23" hebben voor alle toegangspunten op de machine,
tenzij getoond in de gebruiksaanwijzing.
Veiligheid
Het niet naleven van deze voorzorgsmaatregelen kan leiden tot ernstige letsels of de
dood:
Ankerapparaten:
• Om de stabiliteit te maximaliseren en schommelen, kantelen of omvallen te
vermijden, moet de apparatuur worden verankerd aan een stevige, vlakke
ondergrond en waarbij gebruik wordt gemaakt van alle verankeringsgaten
• Bevestigingsmiddelen moet een minimale treksterktecapaciteit van 500 lbs hebben.
Cybex raadt 2 bouten van 3/8" of beter aan. Er is een minimale trekkracht van 100
kg/220 lbs vereist voor elke ankerpositie.
• Wanneer de potenframes geen contact met het oppervlak maken, TREKT U ZE
NIET naar beneden met de verankeringen. Voorzie elke poot of frame dat niet in
contact staat met het oppervlak van een vulstuk met gebruik van sluitringen.
• Gezien de brede variatie in ondergronden waarop de machines verankerd of
geïnstalleerd kunnen worden, raadpleegt u een gekwalificeerde en erkende
aannemer om een goede verankering en installatie te verzekeren.
Pagina 4 van 24