Laserpointer in- / uitschakelen
Met de laser-toets (7) kunt u de laserpointer in- en uitschakelen.
1. Druk op de laser-toets (7).
ð Het lasersymbool verschijnt bij de indicatie Laser (11).
ð De Laser (1) is ingeschakeld.
2. Druk opnieuw op de laser-toets voor het uitschakelen van
de laser.
ð De laser (1) is uitgeschakeld.
ð Het lasersymbool verdwijnt de indicatie Laser (11).
Info
Het apparaat onthoudt de gekozen instelling bij het
uitschakelen.
°C/ °F weergave omschakelen
1. Druk op de °C / °F- toets (5) voor het omschakelen van de
eenheid voor de meetwaarden.
ð De geselecteerde eenheid wordt nu het display (8) bij de
indicatie eenheid van temperatuur (14) weergegeven.
Alarm in- / uitschakelen
De °C / °F-toets (5) - ca. drie seconden ingedrukt houden, voor
het in- / uitschakelen van de alarmtoon.
1. De toets °C/ °F (5) ca. drie seconden ingedrukt houden.
ð Een akoestisch signaal klinkt.
ð Bij de indicatie alarmtoon (19) verschijnt het symbool
ð De alarmtoon is ingeschakeld.
2. De toets °C/ °F (5) opnieuw ca. drie seconden ingedrukt
houden.
ð Bij de indicatie alarmtoon (19) verschijnt het symbool
ð De alarmtoon is uitgeschakeld.
Apparaat uitschakelen
1. De meet-toets (3) in de SCAN-modus ca. drie seconden
ingedrukt houden.
ð Het apparaat wordt uitgeschakeld.
Onderhoud en reparatie
Batterij vervangen
De batterij moet worden vervangen als op het display (8) de
indicatie batterij (13) knippert of het apparaat niet meer kan
worden ingeschakeld. Zie hoofdstuk bediening.
Reiniging
Reinig het apparaat met een vochtige, zachte en pluisvrije doek.
Zorg dat geen vochtigheid in de behuizing komt. Gebruik geen
sprays, oplosmiddelen, alcoholhoudende reinigingsmiddelen of
schuurmiddelen, maar uitsluitend water voor het bevochtigen
van de doek.
Reparatie
Wijzig het apparaat niet en bouw geen reserveonderdelen in.
Neem voor reparaties en controles van het apparaat contact op
met de fabrikant.
NL
Defecten en storingen
Het apparaat is tijdens de productie meerdere keren op een
goede werking getest. Mochten er desondanks storingen
ontstaan, controleer het apparaat dan op basis van de volgende
lijst.
Het apparaat kan niet worden ingeschakeld:
• Controleer de laadtoestand van de batterij. Vervang indien
nodig de batterij, zie hoofdstuk Batterij plaatsen.
• Controleer de correcte plaatsing van de batterij. Let op de
juiste positie van de polen.
Recycling
De verpakkingsmaterialen altijd milieubewust en volgens de
geldende lokale recyclingvoorschriften recyclen.
Het symbool met een doorgestreepte vuilnisbak op een
elektrisch of elektronisch apparaat is afkomstig uit de richtlijn
2012/19/EU. Het geeft aan dat dit apparaat aan het eind van de
levensduur niet mag worden weggegooid met het huishoudelijk
afval. Voor kosteloze retournering zijn er inzamelpunten voor
oude elektrische en elektronische apparaten bij u in de buurt.
De adressen kunt u opvragen bij uw gemeente. Voor veel
.
EU-landen kunt u zich via de website
https://hub.trotec.com/?id=45090 informeren over andere
retourmogelijkheden. Anders graag contact opnemen met een in
uw land goedgekeurd recyclingbedrijf voor afgedankte
.
apparaten.
Door het gescheiden inzamelen van oude elektrische en
elektronische apparaten worden recycling, materiaalhergebruik,
resp. andere vormen van hergebruik van oude apparaten
mogelijke gemaakt. Ook worden zo negatieve gevolgen bij de
recyclen van de mogelijk in de apparaten opgenomen
gevaarlijke stoffen voor het milieu en voor de menselijke
gezondheid voorkomen.
Batterijen en accu's horen niet in het huisvuil, maar
moeten in de Europese Unie – volgens Richtlijn 2006/66/EG VAN
HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van woensdag
6 september 2006 betreffende afgedankte batterijen en accu's
– vakkundig worden gerecycled. De batterijen en accu's graag
recyclen volgens de geldende wettelijke bepalingen.
dauwpuntscanner BP25
7