Jaloeziemanagement
8.3. In-zicht-installatie van de sensorkabel versie 1
Aansluiting geschiedt via kabelkanaal in het motorregelmoduul.
•
Leidt de sensorkabel ( ) achter de draagplaat (tussen wand en
draagplaat) door de opening (
motorregelmoduul.
•
Leidt de kabel door het kabelkanaal rechtstreeks naar het
klemmenblok ( ). De kabel dient precies in het midden van het
kabelkanaal te liggen en mag niet in lussen naar het 230 V
aansluitcompartiment lopen.
8.4. Aansluiting op het klemmenblok in het
motorregelmoduul:
Sluit de sensorkabels overeenkomstig afbeelding E aan.
De schroefklemmen van het klemmenblok dienen daarbij beneden te
liggen.
Links: signaalkabel glasbreuksensor
Midden:
aarde
Rechts:
signaalkabel zonne-/schemersensor
Markering van de kabeldraden:
Sensoren:
'aarde'= grijs gemardeerd
Adapter en verlengkabel:
'zon'= grijs gemarkkeerd
'aarde'= middelste kabel
Dienen zonne-/schemersensor en glasbreuksensor gelijktijdig gebruikt te
worden, dan adapter installeren (separaat bestellen).
Sluit de adapter rechtstreeks met behulp van de stekker of op het
inzetmoduul via het 3-polige klemmenblok aan (stekker afgesneden). De
adapter heeft 2 bussen voor aansluiting van de sensorstekker.
Motorregelmoduul JM Direkt
Art.nr.: 220 ME
2
) in het kabelkanaal (
3
) van het
9