Werking DIP-switch (vervolg)
Type eenheid
Geadresseerd als Gemeld adres
Besturingseenheid
Optioneel controlepaneel
Scenarioselectie/Fijnafstemming (bijv., GRX-3100,
3500, 4100, en 4500; NTGRX-4S, 4S-IR, en 2B-SL;
GRX-4S-DW; en GRX-CIR)
De tweede parameter, knopgegevens, geeft het
scenario weer dat is geselecteerd met de knopactie.
Tekens 1 t/m 16 staan voor scenario 1 t/m 16, en 0
staat voor scenario UIT. Bij een besturingseenheid
wordt een Master-verhogen aangegeven door 17,
terwijl een Master-verlagen wordt aangegeven door
18. Bij een besturing van fijnafstemming, zoals
NTGRX-2B-SL, geeft een 1 aan dat de knop Hoger
of boven is ingedrukt, en geeft een 0 aan dat de knop
Lager of onder is ingedrukt.
Voorbeeld van onbewerkte feedback:
D3: knop ingedrukt voor selectie van scène 3 op
GRAFIK Eye-besturingseenheid geadresseerd
als A4
d3: knop losgelaten na selectie scène 3 op GRAFIK
Eye-besturingseenheid geadresseerd als A4
Speciale functies (bijv., NTGRX-4Q en GRX-AV)
De tweede parameter, knopgegevens, heeft een
waarde die weergeeft welke functies actief zijn. Als
de adresparameter een kleine letter is, zijn er geen
functies actief. Beschikbare functies en waarden zijn:
Volgorde = 1, Zonevergrendeling = 2, Scenariovergren-
deling = 4, Fade-overneming (NTGRX-4Q) = 8, Paniek
(GRX-AV) = 16. De waarden worden bij elkaar opgeteld
wanneer meer dan één functie actief is.
R
A1
A of a
A2
B of b
A3
C of c
A4
D of d
A5
E of e
A6
F of f
A7
G of g
A8
H of h
1
I of i
2
J of j
3
K of k
4
L of l
5
M of m
6
N of n
7
O of o
8
P of p
9
Q of q
10
R of r
11
S of s
12
T of t
13
U of u
14
V of v
15
W of w
16
X of x
Voorbeeld van onbewerkte feedback:
J6: zonevergrendeling en scenariovergrendeling zijn
actief op het optionele controlepaneel
geadresseerd als 2
j1: er zijn geen functies actief op het optionele
controlepaneel geadresseerd als 2
Afscheidingen en Mastering (bijv. NTGRX-4M,
NTGRX-4PS, en GRX-AV)
De status van deze functies kan niet worden ontcijferd
door de besturingsinterface.
DIP-switch 7: SCENARIOSTATUS: In de stand AAN geeft
de besturingsinterface het huidige scenario weer van
alle acht de GRAFIK Eye-besturingseenheden op de
gegevensverbinding wanneer er een nieuw scenario
wordt geselecteerd. De respons is een ":ss", gevolgd
door een reeks van ASCII-tekens, één voor elke
GRAFIK Eye-besturingseenheid. Elk teken vertegen-
woordigt het scenario van elke GRAFIK Eye-
besturingseenheid.
Teken
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
A
B
C
D
E
F
G
H
M
R
L
Het huidige scenario kan ook worden opgeroepen met
de opdracht Scenariostatus opvragen; zie de GRAFIK
Eye RS232 protocol en opdrachtenset op de
bijgeleverde cd.
Voorbeeld van scenariostatusrespons:
:ssM180R2D2<CR><LF>
Besturingseenheid A1 ontbreekt
Besturingseenheid A2 staat op scenario 1
Besturingseenheid A3 staat op scenario 8
Besturingseenheid A4 is uit
Besturingseenheid A5 verstuurt een Master-
verhogen
Besturingseenheid A6 staat op scenario 2
Besturingseenheid A7 staat op scenario 13
Besturingseenheid A8 staat op scenario 2
DIP-switch 8: Niet gebruikt.
GRAFIK Eye
Status besturingseenheid
uit
scenario 1
scenario 2
scenario 3
scenario 4
scenario 5
scenario 6
scenario 7
scenario 8
scenario 9
scenario 10
scenario 11
scenario 12
scenario 13
scenario 14
scenario 15
scenario 16
tijdelijk scenario
ontbreekt/reageert niet
Master-verhogen verzenden
Master-verlagen verzenden
Gebruiksaanwijzing
®
3