Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Zendprincipes Uni-/Broadcast; Functiecodes; Gegevens/Parameter-Schaling; Crc - flamco Logotherm LogoTronic Hub OTC Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

7.1.2.1 Zendprincipes Uni-/Broadcast

In de Unicast-modus adresseert de client een individueel apparaat dat, na ontvangst van het bericht,
dit verwerkt en een reactie genereert. Het apparaatadres kan variëren van 1 tot 247. Een bericht
bestaat altijd uit een verzoek (Request) en een antwoord (Response). Als er binnen een bepaalde tijd
geen reactie wordt ontvangen, dan wordt er een time-out herkend.
In de Broadcast-modus stuurt de client een schrijfopdracht (Request) naar alle deelnemers op de bus,
maar ze genereren geen antwoord. Het adres 0 is gereserveerd voor broadcast-berichten.

7.1.2.2 Functiecodes

De functiecode in een Modbus-protocolbericht definieert de actie die door de server wordt uitgevoerd.
De functiecodes worden in een toewijzingstabel opgeslagen.
Toewijzingstabel:
De toewijzingstabel bevat de functiecode, het gegevenstype, het register en informatie over het
register. Met de informatie kan een cliënt via een RTU-telegram een register van een server uitlezen.

7.1.2.3 Gegevens/parameter-schaling

Omwille van de beperkingen op integer-gegevens in het Modbus-protocol is het noodzakelijk om de
parameters voor overdracht te converteren. Dit wordt bereikt door schaling, waarbij een parameter
die een positie achter de komma bevat met een factor wordt vermenigvuldigd, zodat een fractionele
waarde niet langer nodig is. De te gebruiken schaalfactor kan uit een overeenkomstige tabel worden
overgenomen.

7.1.2.4 CRC

De CRC is een 16-bits waarde die aan bij het bericht wordt bijgevoegd. Deze wordt gebruikt om te
bepalen of de verzending van een bericht foutloos werd herkend. Samen met de pariteitscontrole
moeten alle mogelijke overdrachtsfouten worden gedetecteerd. Als er een pariteitsfout wordt
gedetecteerd bij ontvangst van een bericht, dan wordt er geen antwoordbericht gegenereerd door het
apparaat.

7.1.2.5 Start/einde

De eindherkenning van een bericht wordt op de Modbus gespecificeerd als een stilte-situatie met een
lengte van 3,5 karakters. Nadat deze tijd is verstreken, zal een server op zijn vroegst beginnen met een
antwoord of zal een client op zijn vroegst een nieuw bericht sturen.
De evaluatie van een bericht kan al beginnen wanneer wordt herkend dat de inactieve toestand op de
Modbus langer dan 1,5 tekens heeft geduurd. Een antwoord begint echter op zijn vroegst na 3,5 tekens.

7.1.3 Overdrachtsparameters

Instelmogelijkheden
voor pariteit/stopbit *
Instelmogelijkheden
voor baudrate*
* Fabrieksinstelling-opties
Let op: De overdrachtsparameters moeten hetzelfde worden ingesteld voor alle apparaten die
deelnemen aan een bus.
14
Manual LogoTronic Hub OTC
De pariteitsbit kan worden gecontroleerd
of er een enkele fout is opgetreden binnen
een byte tijdens de verzending.
De baudrate is een maat voor de
overdrachtssnelheid.
Geen pariteit en 1 stopbit,
Gelijke pariteit en 1 stopbit,
Ongelijke pariteit en 1 stopbit
bijv. 2400, 4800, 9600, 19200, 38400,
57600, 115200 bits/s

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave