➔ Op de temperatuurbestendigheid van de afdich-
tingen letten!
➔ Bij een temperatuur van het medium > 250°C
warmtegeleidingsplaten inzetten, zie de toebe-
horen.
3.3 Regelklep in de buisleiding inbouwen
De volgende afbeelding kan van het betreffende
kleptype afwijken.
1
➔ Erop letten, dat beide waaierschijven aan dezelf-
de schroef gemonteerd worden.
➔ De regelklep spanningsvrij in de leiding monteren.
3
4
6 Regelklep centreren. Erop letten, dat de
klepschijf ongehinderd kan bewegen.
7
8
9
➔ Moet de regelklep zonder stelaandrijving gebruikt
worden, dan is een adapterset met handmatige
verstelling leverbaar, zie de toebehoren.
3.4 stelaandrijving aan de Bva, Bvg monteren
➔ Moet de regelklep BVA, BVG op een andere
stelaandrijving dan IC 20/IC 40 gemonteerd
worden, dan is een adapterset leverbaar, zie de
toebehoren.
➔ Voor de montage van de regelklep BVA, BVG
aan de stelaandrijving IC 30/IC 50, zie de toebe-
horen of de bedieningshandleidingen stelaandrij-
vingen IC.. op www.docuthek.com.
stelaandrijving IC 20/IC 40 aan Bvx monteren
➔ Bij een voorgemonteerde stelaandrijving en re-
gelklep (IB..) is de montageset reeds gemonteerd.
➔ De stelaandrijving IC 20, IC 40 kan bij alle regel-
Ondeskundige inbouw
Om ervoor te zorgen dat het apparaat bij het mon-
teren en in werking niet beschadigd raakt, moet er
op het volgende gelet worden:
– Moet de aandrijving na de montage met de
Bvg, BvgF, Bva, BvaF
2
1
Bvh, Bvhs
5
1
➔ Toegestane inbouwpositie van de IC: kabelwar-
4
BvhR
1
➔ Groef (a) parallel aan de gesloten klepschijf
3
NL-4
Wordt de stelaandrijving naderhand gemonteerd,
dan is de montageset als bijartikel leverbaar, zie
de toebehoren.
kleppen 180° gedraaid worden ingebouwd.
opgeLeT
regelklep 180° gedraaid worden, dan moet de
stelaandrijving van de regelklep losgemaakt
worden. Alleen de stelaandrijving verdraaien!
Anders kan een veranderde draairichting van de
klep tot schade aan het mechanisme en de
elektronica leiden.
2
2
tels wijzen in de richting ingang of uitgang van de
buisleiding.
A
2
uitlijnen.
4
3