18. Installeren van de afstandsbediening (optioneel)
De afstandsbediening overschrijft de instellingen van de
!
DIP schakelaars
De DIP instellingen worden geheractiveerd door:
„RESET" met test-zon instellingen op de potentiometers
„RESET" knop in de ontgrendelde toestand
B.E.G.
B.E.G.
B.E.G.
LUXOMAT
LUXOMAT
®
®
IR-PD-1C
LUXOMAT
®
PD3
500
400
200
100
20
HA
ON/OFF
PIR
CdS
IR-PD-1C
Wandhouder voor
afstandsbediening IR-PD-1C
19. Instellingen met afstandbediening in geopende
toestand
Apparaat vrijgeven –
programmeermodus
activeren
Dagmodus, melder
schakelt enkel op basis
van bewegingen
Reset in
geopende
of
toestand:
Automatisch inlezen
Alle met de
van de huidige
afstandsbe-
lichtwaarde als
diening inge-
nieuwe inschakeldrempel
stelde waarden
of
opheffen, licht
UIT.
tot
20
1000
Trapsgewijze verhoging
van inschakeldrempel met
+
resp. 20 of 50 Lux
Omschakelen tussen
PI R
bewegingsmelder en
CdS
schemerschakelaar
��
5
��
tot
min
���
���
of
Omschakelen tussen
HA
automatische/ halfautomati-
ON/OFF
sche bedrijfsmodus (HA)
Omschakelen tussen
Licht AAN/UIT
LED AAN/UIT (toets
lang indrukken)
Programmeermodus
afsluiten
Als de afstandsbediening
gedurende 3 minuten niet ge-
bruikt wordt, zal de program-
meermodus automatisch
beëindigd worden.
t < 5s
Witte LED knippert
Dubbele vergrendeling
20. Verklaring van de afstandbediening: toets functies
Het indrukken van een knop wordt bevestigd door een kort
schakelen van de beide relais.
20a. Gedurende de zelftestcyclus
12 h Licht AAN/UIT
Geactiveerd met "verlichting" - toets
Gedeactiveerd met "Reset-toets" (werkinstelling)
Gangfunctie
Geactiveerd met "Buiten" - toets
Geactiveerd met "Binnen" - toets
Gedwongen uitschakelen
Geactiveerd met "Zon" - toets
Gedeactiveerd met „Maan" - toets (werkinstelling)
De geforceerde uitschakeling kan worden geactiveerd of gedeacti-
veerd. Als de verlichting bij "helder" handmatig wordt ingeschakeld
(de inschakeldrempel is overschreden), wordt deze bij geactiveerde
gedwongen uitschakeling na 45 min automatisch uitgeschakeld.
20b.In gesloten toestand
Verlichting AAN/UIT tijdens bewegingsherkenning plus
nalooptijd; Activatie 12 h-AAN/UIT-functie (toets lang
indrukken) Deze knop schakelt de verlichting in of uit
voor de duur van de beweging plus een nalooptijd. Als
de functie 12 h AAN/UIT is geactiveerd, wordt deze tijd
verlengd tot 12 uur
Activatie/Deactivatie testfunctie
De testfunctie wordt automatisch afgesloten na 3 minuten
Schakelt kanaal uit en is meteen weer actief, alle timers
stoppen, lichtmeting onderbreken
Met deze toets wordt de melder geopend en daarna kun-
nen de volgende functies worden geprogrammeerd..
Let op: de melder wordt automatisch gesloten
na elke herstelde spanningsonderbreking of
na 3 min.
20c. Tijdens het bedrijf in geopende toestand
Omschakelen tussen automatische en halfautomatische
HA
Inschakeldrempel:
ON/OFF
werking
20 - 1000 Lux
Instelling – inschakeldrempel
Kleinste instelbare inschakeldrempel 10 Lux
In de instelling Zon wordt de melder onafhankelijk van de
lichtsterkte bij elke beweging ingeschakeld.
Het apparaat kent 2 procedures om de in- en uitschakel-
drempel te bepalen:
Nalooptijd
5 - 30 min. of impuls
De huidige helderheidswaarde bij uitgeschakelde
verlichting inlezen (inschakeldrempel)
Detectiegevoeligheid
De inschakelwaarde wordt automatisch berekend.
gereduceerd of
normaal
Inschakelwaarde berekenen:
1. "Oog"-toets indrukken
2. Licht uitschakelen (2 seconden later)
3. Helderheidswaarde inlezen
4. Inschakelwaarde = gelezen helderheidswaarde
Read in current brightness value when lighting is
switched off (switch-on threshold)::
Bij het indrukken van de toets wordt de huidige helderheidswaarde
als inschakelwaarde gebruikt. De uitschakelwaarde wordt automa-
tisch berekend.
20
Lux
Een vaste inschakeldrempel instellen:
1000
Lux
Bij elke druk op de toets verhoogt het apparaat de huidige
inschakelwaarde met 20 Lux bij een huidige inschakelwaar-
+
de <100 Lux en met 50 Lux bij een huidige inschakelwaarde
>100 Lux.
.
Standaardgevoeligheid voor de meeste toepassingen
Gereduceerde gevoeligheid voor buiten
Bij geactiveerde impulsfunctie volgt elke 9s een puls van
1s. Bij activering van de impulsfunctie via de afstandsbe-
diening kan de pauze tussen 2 pulsen worden veranderd.
Daarvoor moet na de activering binnen 5s met de Impuls-toets
de gewenste tijd worden gekozen:
��
5
= 9 sec,
min
���
max
ON
OFF
��
10
= 10 sec,
��
15
= 15 sec,
��
30
= 30 sec
min
min
min
���
���
���
Met de „Test"-toets kan de LED ON/OFF-functie worden
omgeschakeld. Houd de toets daartoe 3s ingedrukt
Opmerking: in geopende toestand en tijdens de testfunc-
tie zijn de LED's altijd AAN.
Schemerschakelaar-functie (CdS)
PI R
CdS
Bij het activeren van de CdS-functie werkt de melder als
pure schemerschakelaar. Er kan alleen nog een inschakel-
drempel worden ingesteld. De rode LED waarschuwt niet
meer bij bewegingen.
Dubbele vergrendeling activeren
De toestand "Melder vergrendeld" wordt actief. Tijdens de
eerste 5 seconden knippert de witte led met tussenpozen
van 0,5 seconde. Gedurende deze periode kan de melder
t < 5 s
dubbel worden vergrendeld.
In dubbel vergrendelde toestand kunnen parameters niet
via de afstandsbediening worden gewijzigd.
21. Gedrag externe knop / IR-toets „Licht"
50
1500
Lux
Lux
De gangfunctie en de partyfunctie (12 uur AAN/UIT) sluiten
elkaar wederzijds uit. Als beide geactiveerd zijn, werkt de melder
volgens de gangfunctie. Er wordt onderscheid gemaakt tussen
een lange druk op de knop (>3 seconden) en een korte druk op de
knop (<1s)
Licht AAN:
korte druk op de knop = licht uit zolang er beweging is
+ ingestelde nalooptijd
Licht UIT:
korte druk op de knop = licht aan zolang er beweging is
+ ingestelde nalooptijd
Gedrag bij geactiveerde partyfunctie (12 uur AAN/UIT):
Licht AAN:
korte druk op de knop = licht uit zolang er beweging is
+ingestelde nalooptijd
lange druk op de knop = licht 12 uur uit
Licht UIT:
korte druk op de knop = licht aan zolang er beweging is
+ ingestelde nalooptijd
lange druk op de knop = licht 12 uur aan
Gedrag bij geactiveerde gangfunctie:
partyfunctie (12 uur AAN/UIT) wordt gedeactiveerd.
Licht AAN:
druk op de knop = licht uit gedurende 5 sec., daarna het normale
schakelgedrag
Licht UIT:
druk op de knop = licht aan zolang er beweging is
+ ingestelde nalooptijd
22. Hardware reset
Wanneer de beide potentiometers vanuit elke willekeurige andere
stand op "Test" en "Zon" worden gezet, volgt een reset van het ap-
paraat. Alle met de afstandsbediening ingestelde waarden worden
opgeheven.
De „RESET" toets van de afstandsbediening indrukken verwijder
al de waarden die via deze bediening ingesteld werden en zet de
detector terug in fabrieksinstellingen..
23. Reset "Dubbele vergrendeling".
• Voeding uitschakelen
• Gedurende 31 - 59 seconden de voeding terug aankoppelen
• Spanning terug uitschakelen
• Spanning terug aansluiten en wacht tot na de zelftest cyclus
• Detector ontgrendelen met de afstandsbediening
Met deze procedure worden instellingen geprogrammeerd met de
afstandsbediening niet gewijzigd (vóór activering van het dubbele
vergrendeling).
Als de instelling niet wordt gewijzigd met de afstandsbediening na
deactivering van de dubbele vergrendeling, schakelt de melder de
dubbele vergrendeling terug in na een periode van 15 minuten.
Op deze manier kan de melder niet worden ontgrendeld tijdens
een toevallige stroomuitval.