Variabelen
• Er zijn negen variabelen (A tot en met F, M, X en Y) die kunnen worden gebruikt om gegevens,
constanten, resultaten en andere waarden op te slaan.
• Gebruik de volgende bewerking om gegevens te verwijderen die toegewezen zijn aan een
bepaalde variabele:
toegewezen aan variabele A.
• Voer de volgende toetsbewerking uit als u de waarden wilt wissen die aan alle variabelen
zijn toegewezen.
• Voorbeeld:
9. Functie wetenschappelijke berekeningen
Gebruik de toets
uitvoeren.
COMP ....................................................................................................................
• Bepaalde soort berekeningen kunnen lang duren om te voltooien.
• Wacht tot het resultaat op het scherm verschijnt voordat u met de volgende berekening
begint.
•
=3,14159265359
Goniometrische/Inverse goniometrische functies
• Druk een aantal keer op de toets
radialen, graden) totdat u bij het onderstaande instelscherm voor de hoekeenheid komt.
• Druk op de cijfertoets (
gebruiken.
(90°=
radialen = 100 graden)
16
. Deze bewerking verwijdert de gegevens die zijn
om de COMP-modus te openen wanneer u basisberekeningen wilt
voor het wijzigen van de standaard hoekeenheid (graden,
,
,of
) die overeenkomt met de hoekeenheid die u wilt