• Druk op
. Druk in het formaatkeuzescherm dat verschijnt op
Norm 2 te selecteren.
• Norm 1
Met Norm 1 wordt exponentiële notatie automatisch gebruikt voor integerwaarden met meer dan
10 cijfers en decimale waarden met meer dan twee decimalen.
• Norm 2
Met Norm 2 wordt exponentiële notatie automatisch gebruikt voor integerwaarden met meer dan
10 cijfers en decimale waarden met meer dan negen decimalen.
• Alle voorbeelden in deze handleiding tonen berekeningsresultaten met het Norm 1-formaat.
Decimale punt en scheidingstekens
U kunt het display-instelscherm (Disp) gebruiken om de symbolen op te geven die u wilt voor het
decimaalteken en het scheidingsteken van 3 cijfers.
• Om de instelling van het decimaalteken en de scheidingstekensymbolen te wijzigen, drukt u
een aantal keer op de toets
• Het selectiescherm weergeven.
• Druk op de cijfertoets (
(Punt):
(Komma): Komma decimaal punt, punt-scheidingsteken
De rekenmachine initialiseren
• Voer de volgende toetsbewerking uit wanneer u de berekeningsmodus en setup wilt
initialiseren en het herhalingsgeheugen en variabelen wilt wissen.
(Alles)
10
totdat u bij het onderstaande instelscherm komt.
of
) die overeenkomt met de instelling die u wilt gebruiken.
Punt decimaal punt, komma-scheidingsteken
om Norm 1 of
om