4. Configureer HTTP, IPP en Multicast-DNS-registratie naar wens. Klik op Bewerken om een
protocol te configureren.
5. Als u AirPrint wilt inschakelen, selecteert u bij Inschakeling een van of beide opties:
• Toestaan dat afdrukken/faxen wordt geïnitieerd van door AirPrint ondersteunde
apparaten
• Toestaan dat scannen wordt geïnitieerd vanaf door AirPrint (of Mopria) ondersteunde
apparaten
Opmerking:
• AirPrint faxen wordt alleen ondersteund op apparaten waarop de ingebouwde fax is
ingeschakeld en die zijn geconfigureerd voor het toestaan van verzenden.
• AirPrint-afdrukken/faxen is standaard ingeschakeld.
• Als u wilt dat er verificatie nodig is voor AirPrint-afdrukken en faxen, configureert u
IPP-verificatie.
• Als u scannen voor AirPrint inschakelt, wordt scannen voor Mopria ook ingeschakeld.
6. Bij Verificatie voor scannen vereisen selecteert u een optie:
• Uit: Met deze optie kan het apparaat scannen zonder dat hier verificatie voor nodig is.
• HTTP- basis: Deze optie verifieert met gebruikersaccounts die zijn geconfigureerd in de
database van apparaatgebruikers of in de database van het netwerk.
Opmerking:
niet-gecodeerde tekst over HTTP. Gebruik HTTPS als u de aanmeldgegevens
gecodeerd wilt verzenden.
• HTTP Digest: Deze optie verifieert met gebruikersaccounts die zijn geconfigureerd in de
database van apparaatgebruikers.
7. Als u de verificatie HTTP- basis hebt geselecteerd, selecteert u voor Validatielocatie een optie:
• Validatie op het apparaat: Deze optie schakelt IPP-verificatie in van gebruikersaccounts
die zijn geconfigureerd in de database van apparaatgebruikers.
• Validatie op het netwerk: Deze optie schakelt IPP-verificatie in van gebruikersaccounts
die zijn geconfigureerd op de netwerkverificatieserver voor het apparaat.
Opmerking:
elke aanmeldmethode die is geconfigureerd voor netwerkverificatie.
8. Al u de naam van het apparaat of de locatie wilt bewerken, klikt u onder Apparaatnaam,
Apparaatlocatie of Geografische locatie op Bewerken.
Opmerking:
identificeren van dit het apparaat.
9. Klik op Opslaan.
Raadpleeg de System Administrator Guide (Handleiding voor de systeembeheerder) op
com/support/ALC80XXdocs
AirPrint.
HTTP- basis verstuurt aanmeldgegevens van de gebruiker als gewone,
Dezelfde netwerkverificatieconfiguratie wordt gebruikt op de printer voor
Het geven van een apparaatnaam kan gebruikers helpen bij het
voor aanvullende informatie over het configureren en instellen van
Xerox
®
AltaLink
C80XX-serie multifunctionele printer
®
Handleiding voor de gebruiker
Aan de slag
www.xerox.
53