5.3 Inschakelgedrag
Telkens nadat de spanning wordt ingeschakeld, doorloopt de melder een opstartfase, die door de
LED wordt weergegeven. Tijdens de opstartfase wordt de aanwezigheidsmelder aan diverse tests
onderworpen. Als de tests probleemloos zijn verlopen, schakelt de aanwezigheidsmelder naar de
bedrijfstoestand Normaal. Is dit niet het geval (de LED knippert snel), dan wordt het licht ingescha-
keld en wordt niet meer uitgeschakeld.
1. Opstartfase (30 sec)
● LED knippert elke seconde, kanaal A Licht en kanaal H Aanwezigheid zijn actief
(Relaiscontacten Licht en Aanwezigheid zijn gesloten)
● De stuuringang S1 is niet actief (reageert niet op drukknoppen/schakelaars)
● Paralleluitgang is actief
● Parameters kunnen worden aangepast (actief na afloop van de opstartfase)
● Test-Modes kunnen worden geactiveerd
● Het ingeleerde gedrag wordt gereset
● Opdrachten van de gebruikersafstandsbediening zijn geblokkeerd
● Bij afwezigheid worden beide relaiscontacten na afloop van de opstartfase geopend
2. Bedrijfstoestand Normaal
● De melder is bedrijfsklaar (LED UIT)
3. Bij een storing
● De LED knippert snel
● het licht wordt ingeschakeld en schakelt niet meer uit zolang de storing aanwezig is
● Voor het verhelpen van storingen zie pagina 256
240