over de grond (COG), het ware of het magnetische noorden
gebruikt.
OPMERKING: Als de marifoon is geconfigureerd voor NMEA
2000 communicatie, wordt de eenheid voor voorliggende
koers ingesteld op AUTO en worden de gegevens over de
voorliggende koers weergegeven op basis van de informatie
die wordt verstrekt via het netwerk. Deze instelling kan niet
worden gewijzigd.
Tijdsverschil configureren
In plaats van de UTC-tijd (Universal Coordinated Time) kunt u
de lokale tijd weergeven. Als u de instelling aanpast voor de
lokale tijd, verschijnt de aanduiding LOC achter de tijd op het
startscherm.
OPMERKING: Als u een DSC-oproep plaatst, wordt de tijd
verzonden in UTC-notatie.
1
Selecteer MENU > SYSTEM > UNITS > TIME > OFFSET.
2
Draai aan de knop ENTER om het tijdsverschil met UTC aan
te passen.
3
Selecteer OK.
Een frequentieband selecteren
U kunt schakelen tussen de Amerikaanse, internationale en
Canadese frequentiebanden
OPMERKING: Niet alle frequentiebanden zijn beschikbaar op
alle modellen.
1
Selecteer MENU > CHANNEL > FREQUENCY BAND.
2
Selecteer een frequentieband.
Een kanaalnaam wijzigen
De kanaalnamen verschijnen op het startscherm en bestaan uit
negen tekens. Als een kanaalnaam langer is dan negen tekens,
schuift de volledige naam over de bovenkant van het scherm,
waarna de verkorte naam wordt weergegeven. U kunt de naam
van een kanaal desgewenst wijzigen in een naam met een
lokale beschrijving.
1
Selecteer MENU > CHANNEL > NAME.
2
Draai aan de knop ENTER om een kanaal te selecteren en
selecteer OK.
3
Wijzig de naam van het kanaal
4
Selecteer ACCEPT.
De fabrieksinstellingen herstellen
U kunt de instellingen van de marifoon terugzetten naar de
standaardfabrieksinstellingen. Als u de fabrieksinstellingen van
de marifoon herstelt, gaan alle wijzigingen en aanpassingen aan
het systeem verloren. Bij het herstellen van de
fabrieksinstellingen worden de oproeplogs verwijderd, maar
blijven groepitems, schepenlijstitems, het MMSI-nummer en het
ATIS-identificatienummer bewaard.
1
Selecteer MENU > SYSTEM > SYSTEM INFO > RESET.
2
Selecteer YES om het herstellen van de fabrieksinstellingen
te bevestigen.
Appendix
Waarschuwingen en berichten
BATTERY ALRM: Gaat af wanneer de batterij een opgegeven
minimum- of maximumvoltage bereikt. Controleer de
bedrading van de batterij.
WX: Gaat af wanneer u een weeralarm instelt en de marifoon
detecteert een binnenkomend weeralarm
weeruitzendingen en -waarschuwingen, pagina
Appendix
(Kanalenlijst, pagina
11).
(Tekst invoeren, pagina
(NOAA
-
®
4). De
marifoon wordt automatisch afgestemd op het weerkanaal
dat het alarm uitzendt.
GPS ALARM: Gaat voor de eerste keer af wanneer GPS-
gegevens van een NMEA netwerk of handmatige ingevoerde
positiegegevens meer dan vier uur oud zijn. Gaat nogmaals
af wanneer GPS-gegevens van een NMEA netwerk of
handmatige ingevoerde positiegegevens meer dan 23,5 uur
oud zijn
(Handmatig ingevoerde positie-informatie, pagina
POSITION TRACKING: Verschijnt na vijf opeenvolgende
mislukte pogingen om de positiegegevens van een vaartuig
op te vragen
(Positie bijhouden, pagina
Kanalenlijst
De internationale, Amerikaanse en Canadese kanaallijsten zijn
online beschikbaar voor referentie. U bent zelf verantwoordelijk
voor het correcte gebruik van kanalen overeenkomstig de
plaatselijke regelgeving.
• Ga naar
www.navcen.uscg.gov/?pageName=apps18
laatste internationale lijst te bekijken.
• Ga
naarwww.navcen.uscg.gov/?pageName=mtVhf
meest recente Amerikaanse kanaallijst te bekijken.
• Ga naar
www.ic.gc.ca/eic/site/smt-gst.nsf/eng/sf01011
.html#sched1
om de meest recente Canadese kanaallijst te
bekijken.
VHF 315-serie specificaties
Afmetingen (H x B x D)
Gewicht
Temperatuurbereik
Kompasveilige afstand
Waterbestendigheid*
Antenneconnector
Bedrijfsspanning
Stroomverbruik
4).
Maximale antenneverster-
king
Impedantie antennepoort
Uitgangsvermogen scheeps-
megafoon
Impedantie scheepsmega-
foon
NMEA 2000 LEN
*Het toestel is bestand tegen incidentele blootstelling aan water
tot een diepte van 1 meter gedurende maximaal 30 minuten. Ga
voor meer informatie naar www.garmin.com/waterrating.
NMEA
NMEA Ondersteunde 0183 IN telegrammen
Telegram
Definitie
GGA
GPS-positiebepalingsgegevens
GLL
Geografische positie (breedtegraad/lengtegraad)
GNS
GNSS positiebepalingsgegevens
RMA
Aanbevolen minimum specifieke Loran-C gegevens
RMB
Aanbevolen minimum navigatie-informatie
RMC
Aanbevolen minimum specifieke GNSS-gegevens
7).
6 x 20,5 x 18,1 cm (2,36 x 8,07 x
7,13 in.)
1,527 kg (3,37 lb.)
Bedrijfstemperatuur: Van -15 tot 70 °C
(van 5 tot 158 °F)
Opslagtemperatuur: Van -20 tot 70 °C
(van -4 tot 158 °F)
50 mm (2 in.)
IEC 605290 IPX7
S0-239 (50 Ω)
12,0 V gelijkstroom
Stand-by: 350 mA
Ontvangen: 600 mA
Zenden: Van 2,0 A tot 6,0 A (van 1 W tot
25 W)
9 dBi
50 Ohm
20 W bij 4 Ω
4 Ohm
1 (50 mA)
9).
om de
om de
11