BEDIENING
DE M15 HD GEBRUIKEN - HOOFDMENU
AUDYSSEY DYNAMIC VOLUME
Audyssey Dynamic Volume geeft consequente volume-weergaveniveaus
door te anticiperen op snelle pieken en dalen in volume en door deze te
compenseren in real-time. Audyssey Dynamic Volume bewaakt het volume
van programmamateriaal van moment tot moment zodat het gewenste
luisterniveau wordt gehandhaafd voor alle materiaal terwijl het dynamisch
bereik wordt geoptimaliseerd en de muzikale impact behouden blijft.
Audyssey Dynamic Volume omvat Audyssey Dynamic EQ en dit
compenseert de afnemende geluidskwaliteit wanneer het volume
afneemt: er wordt rekening gehouden met de menselijke waarneming
en de akoestiek van de luisterruimte. Met deze twee technologieën
is het mogelijk de volledige frequentierespons van de bron op het
oorspronkelijke niveau weer te geven bij ieder luisterniveau. Dynamic
Volume zorgt ervoor dat zelfs op een lagere luisterniveaus de rijkheid en de
dynamiek van de respons worden gehandhaafd.
Audyssey Dynamic Volume kan op de volgende niveaus worden ingesteld
Light (Licht): Geeft de minste aanpassing van het luidste en minst
luide geluidsniveau.
Medium (Middel): Instelling die voorkomt dat luide en zachte klanken
veel luider worden weergegeven dan de respectievelijke gemiddelde
geluidsniveaus.
Heavy (Zwaar): Geeft de grootste invloed op het volume doordat alle
klanken op een gelijke luidheid worden weergegeven.
OPMERKING
Audyssey Dynamic Volume kan alleen worden ingeschakeld als
Audyssey Dynamic EQ op "On" (Aan) is gezet. Als Audyssey Dynamic EQ
op "Off" is gezet, blijft Audyssey Dynamic Volume ook "Off" (Uit).
BELANGRIJKE OPMERKING
Als Audyssey Auto Calibration niet is ingesteld, moet u de relatieve
balans van de luidsprekers van uw systeem zelf aanpassen (met behulp
van een SPL-meter) omdat Audyssey Dynamic Volume en Audyssey
Dynamic EQ anders niet werken. Als de luidsprekers niet goed zijn
gekalibreerd, kan de bijbehorende respons van Audyssey Dynamic
Volume en Audyssey Dynamic EQ misschien worden vervormd.
Raadpleeg ook het item over EEN GELUIDSDRUKNIVEAUMETER (SPL)
GEBRUIKEN in het onderstaande gedeelte over LUIDSPREKERNIVEAUS.
TONE CONTROLS (TOONREGELINGEN)
De M15 HD beschikt over drie toonregelniveaus: hoge tonen, lage tonen
en middentonen. De lage- en hogetoonregelingen zijn alleen van invloed
op de lage tonen en hoge tonen, zodat de kritieke middenfrequentie niet
wordt gekleurd. De middentoonregeling versterkt de "aanwezigheid" van
het middenbereik, waardoor spraak beter verstaanbaar wordt.
Deze regelingen kunnen te allen tijde worden gebruikt om het frequentiebereik
van de bron tijdens de weergave aan te passen. De regelinstelling kan worden
afgesteld door met de toetsen ENTER en [A/S/D/F] in het OSD-menu de toon-
regelingen (Tone Control) af te stellen. Hetzelfde kan direct worden bereikt door
de knop TONE CONTROLS op het voorpaneel in te drukken en de gewenste
instelling te selecteren door de VOLUME-knop te draaien.
De maximum- en minimumwaarden voor alle drie de toonregelniveaus zijn
±10 dB.
14
Met "Tone Defeat" kan het toonregeldeel van de M15 HD worden
aangepast of volledig worden genegeerd. Wanneer "Off" ('Tone Active' in de
VFD) is geselecteerd, zijn de toonregelcircuits actief.
Selecteer "On" ("Tone Defeat" in de VFD) om de toonregelingen te negeren,
waardoor het effect van de toonregelcircuits teniet wordt gedaan.
OPMERKING
Toonregelingsopties kunnen direct met de TONE-toets van de HTRM
worden geselecteerd of gewijzigd wanneer de DEVICE SELECTOR in de
stand AMP staat. Selecteer met de TONE-toets "Treble" (Hoge tonen),
"Bass" (Lage tonen) of "Dialog" en pas vervolgens de respectievelijke
niveaus aan met [D/F]. Sla de instellingen op door nogmaals op TONE
te drukken en ga tegelijkertijd naar de volgende parameter of sluit het
instellen van parameters volledig af.
ZONE CONTROLS (ZONEREGELINGEN)
Afhankelijk van de instellingen in het aparte menu "Zone Setup" (zone-
instellingen) in het deel over het instellingenmenu, kan de betreffende
zone via dit "Zone Controls"-venster worden geconfigureerd en beheerd.
Selecteer "On" om de gewenste zone te activeren. Wanneer een zone is
geactiveerd, kan de broningang voor die zone worden toegewezen door
de volgende ingangen te selecteren: Alle ingeschakelde bronnen en Local.
Selecteer "Local' als de broningang voor de geselecteerde zone als u
dezelfde bron wilt gebruiken als voor de hoofdzone, maar het volume in de
verschillende zones apart wilt kunnen instellen.
Als een zone op "Off" (uit) staat, dan is deze gedeactiveerd of uitgeschakeld.
"Volume" verwijst naar de het afstelbare secundaire zonevolumeniveau dat
met de toetsen [D/F] van de HTRM.
Wanneer een zone wordt geactiveerd, licht het betreffende zonecijfer op de
VFD op. Zone 2 kan te allen tijde worden geconfigureerd in het menu "Zone
Controls". Zone 3 en 4 worden beschikbaar in het venster "Zone Controls",
wanneer de betreffende "Mode" in het menu "Zone Setup" in het gedeelte
"Setup Menu" is ingesteld op "Zone (Audio Only)".
OPMERKINGEN
• De ZR 5 afstandsbediening kan alleen Zone 2-toepassingen aansturen.
Zone 3 en Zone 4 zouden in het juiste Zone OSD-menu kunnen worden
geconfigureerd en beheerd met de bijbehorende toetsen op de HTRM-
afstandsbediening.
• "Zone 4" is alleen-audio en staat niet in verbinding met één van de
video-ingangen.