NEDERLANDS
[SLICER] AAN: ieder pad activeert een directe lus van een verschillend beginpunt.
[SLICER] KNIPPEREND: U kunt met de activeringspads aan de linkerkant de lengte van het
slicereffect selecteren, wanneer dit wordt geactiveerd. U kunt met de activeringspads aan de
rechterkant de snelheid (lengte) van iedere stap selecteren.
FUNCTIES (KANAALEFFECT 1)
14. [FX1/2]-knop:
Draai aan de knop PARAMETER voor het aanpassen van parameter 1 van het geselecteerde effect.
Draai met ingedrukte [SHIFT] aan de knop PARAMETER voor het aanpassen van parameter 2 van het
geselecteerde effect.
15. [FX ON/SEL]-toets:
Druk op de toets [FX ON/SEL] om het geselecteerde effect in/uit te schakelen.
Druk met ingedrukte [SHIFT] op de toets [FX ON/SEL] om door de beschikbare effecten te
bladeren en er één te selecteren.
FUNCTIES (MIXER)
JB SYSTEMS
®
GEBRUIKSAANWIJZING
8/10
DJ-KONTROL 4