1.
Tik op
, het pictogram Lijnmodus.
2.
Selecteer de kleur, dikte en het type lijn dat u wilt tekenen.
3.
Raak het schermoppervlak aan met de penpunt en verplaats de pen terwijl u de punt op
het schermoppervlak houdt.
Er wordt een lijn of pijl getekend die de start- en eindpunten verbindt.
• U kunt geen lijn tekenen die minder dan 10 mm lang is.
Schrijven in stempelmodus
Selecteer en schrijf een afbeelding of stempel, die u vanuit de lijst wilt gebruiken.
1.
Tik op
, het pictogram Stempelmodus.
2.
Selecteer de kleur en het type afbeelding of stempel dat u wilt gebruiken.
Tik op
/
om naar een andere pagina met figuur- of stempellijsten te schakelen.
3.
Raak het scherm aan op de gewenste plaats. De geselecteerde afbeelding of stempel
wordt op de plaats getekend die u heeft aangeraakt met de penpunt.
Om de positie van de afbeelding of stempel te wijzigen, houdt u de penpunt op het
schermoppervlak en sleept u de pen naar de gewenste positie.
4.
De afbeelding of stempel naar wens vergroten, verkleinen of verplaatsen.
Voor meer informatie, zie Pag. 39 "De penstreken vergroten, verkleinen of verplaatsen".
• U kunt de lijndikte niet selecteren als u een stempel heeft geselecteerd.
Penstreken verwijderen
Deze sectie geeft uitleg over het verwijderen van geschreven tekst en getekende afbeeldingen. U kunt
een individuele penstreek verwijderen of slechts bepaalde delen van een penstreek verwijderen.
• U kunt de muis gebruiken om de penstreken te verwijderen als de computer op het apparaat is
aangesloten.
Basisbewerkingen
33