Vloer- en plafondgemonteerde eenheden
ZGCM-66 | ZGCM-HSA
Gebruikssymbolen op het apparaat
Belangrijke informatie op het apparaat wordt aangeduid middels symbolen en trefwoorden.
®
Zero-Gravity
systeem voor stralingsbescherming Installatiehandleiding
ZGM-6-5H | ZGHSA | ZGCM-48 |
Voor het verstellen van de verticale
kolomhoogte wordt een vergrendelingspen
gebruikt. Als de pen ontgrendeld is, is de
verticale kolom in hoogte instelbaar. Als de
pen vergrendeld is, is de hoogte van de
verticale kolom vastgezet.
De klemgreep op de verticale kolom wordt
gebruikt om de hoogte van de verticale
kolom in te stellen. De hoogte van de kolom
is vastgezet wanneer de greep is
vergrendeld. De hoogte is instelbaar
wanneer de hendel ontgrendeld is.
Het steunpunt voor de draaivergrendeling
wordt gebruikt om de boomarm vast te
houden zodat deze niet kan draaien.
Wanneer de boomvergrendeling vastzit,
zit de boomarm vast aan de verticale
kolom. Wanneer de boomvergrendeling
los zit, kan de boom vrij ronddraaien.
De vergrendeling van het zwenkwiel
wordt gebruikt om de basis op de vloer te
vergrendelen. Wanneer de zwenkwielen
zijn vergrendeld, kunnen ze niet rollen of
draaien. Wanneer de zwenkwielen
ontgrendeld zijn, kunnen zij rollen en
draaien.
De stelvoeten worden gebruikt om de unit
waterpas te stellen voor gebruik en om de
unit op de vloer te vergrendelen. Laat de
stelvoeten op de grond steunen om de unit
in positie te vergrendelen. Draai de
stelvoeten omhoog om de unit te
verplaatsen. De stelvoeten worden ook
gebruikt voor fijnafstelling om de basis
waterpas te stellen.
Tekst bij afbeelding:
WAARSCHUWING
KANTELGEVAAR
• Breng ALLE STELVOETEN omlaag zodat ze
contact maken met de vloer
• Vóór gebruik de basis met stelvoeten waterpas
stellen
Met de stelknop voor de boomarm kan de
boom ten opzichte van het zwenkcentrum
worden aangepast. Wanneer vergrendeld,
kan de boomlengte niet worden aangepast.
Wanneer niet vergrendeld, kan de
boomlengte wel worden aangepast.
Met de trekpingreep kan de rotatie van de
boom worden aangepast. Wanneer
vergrendeld, kan de boom niet draaien.
Wanneer niet vergrendeld, kan de boom
wel draaien.
19