Bedrijfsstand in kamer B,
Status van kamer B, C en D
C, D
Automatisch
Als het koelen verdergaat. Als
verwarmingsunits in de stand-bystand
gaan. De werking wordt hervat
wanneer kamer A stopt met werken.
Voorrang bij Powerful-functie
Voorbeeld: Kamer A heeft voorrang. Kamer B, C en D werken.
1 Stel de Powerful-functie in in kamer A.
Gevolg: Het vermogen in kamer A wordt verhoogd. Koelen of
verwarmen in kamer B, C en D kan iets minder efficiënt zijn.
Voorrang bij gebruik van geluidsarme stand buitenunit
Voorbeeld: Kamer A heeft voorrang.
2 Stel de geluidsarme stand buitenunit in op één unit.
Gevolg: Alle units worden onmiddellijk in de geluidsarme stand
buitenunit geschakeld.
5.13.2
Fluisterstille nachtstand
De fluisterstille nachtstand moet tijdens de installatie eerst worden
geprogrammeerd. Raadpleeg uw dealer voor meer informatie. Deze
stand verlaagt het koelvermogen om het lawaai van de buitenunit
's nachts te verminderen.
De fluisterstille nachtstand wordt automatisch ingeschakeld zodra de
temperatuur minstens 5°C onder de hoogst gemeten temperatuur op
die dag daalt.
5.13.3
Blokkering koel-/verwarmingsstand
De blokkering van de koel-/verwarmingsstand moet tijdens de
installatie eerst worden geprogrammeerd. Raadpleeg uw erkende
dealer voor meer informatie. Bij de blokkering van de koel-/
verwarmingsstand wordt de unit vast ingesteld op koelen of
verwarmen. Schakel deze functie in als u alle in een multisysteem
aangesloten binnenunits op 1 bedrijfsstand wilt instellen.
INFORMATIE
De blokkering van de koel-/verwarmingsstand kan NIET
tegelijk met de instelling van de voorrangskamer worden
ingeschakeld.
6
Energie besparen en optimale
werking
INFORMATIE
▪ De unit verbruikt ook nog stroom wanneer ze
uitgeschakeld is.
▪ Wanneer
de
stroom
stroompanne, werkt de unit verder in de eerder
geselecteerde stand.
VOORZICHTIG
Stel kleine kinderen, planten of dieren NOOIT rechtstreeks
bloot aan de luchtstroom.
WAARSCHUWING
Plaats GEEN voorwerpen die nat kunnen worden onder de
binnenunit en/of buitenunit. Anders kunnen condensatie op
de unit of de koelmiddelleidingen, vuil op het luchtfilter of
een verstopte afvoer druppelend water veroorzaken,
waardoor voorwerpen onder de unit kunnen vuil worden of
schade oplopen.
CTXM15+FTXM20~71N2V1B
Daikin kamerairconditioner
4P518786-3C – 2018.09
wordt
hersteld
na
een
6 Energie besparen en optimale werking
OPMERKING
Gebruik het systeem NIET voor andere doeleinden.
Gebruik de unit NIET voor het koelen van precisie-
instrumenten, voedsel, planten, dieren of kunstwerken, om
te voorkomen dat de kwaliteit ervan wordt aangetast.
VOORZICHTIG
Gebruik het systeem NIET wanneer een rookvormig
insecticide in de ruimte wordt verspreid. Anders zouden de
chemische stoffen zich in de unit kunnen ophopen, met
gevaar voor de gezondheid van mensen die overgevoelig
zijn voor chemische stoffen.
WAARSCHUWING
Zet GEEN brandbare sprays bij de airconditioner en
gebruik GEEN sprays. Anders kan er brand ontstaan.
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht om voor een
optimale werking van het systeem te zorgen.
▪ Houd bij het koelen rechtstreeks zonlicht uit de kamer met behulp
van gordijnen of jaloezieën.
▪ Verlucht dikwijls. Zorg bij langdurig gebruik vooral voor
verluchting.
▪ Houd deuren en ramen dicht. Als de deuren of ramen open
blijven, zal er lucht uit de kamer stromen, met een kleiner koel- of
verwarmeffect tot gevolg.
▪ Koel of verwarm NIET te sterk. Om zuinig om te gaan met energie
houdt u de temperatuurinstelling op een gematigd niveau.
▪ Plaats NOOIT voorwerpen in de buurt van de luchtinlaat of -uitlaat
van de unit. Anders kan het verwarmings-/koeleffect afnemen of
het systeem uitgeschakeld worden.
▪ Zet de hoofdvoedingsschakelaar van de unit uit als de unit
gedurende langere tijd NIET zal worden gebruikt. Zolang de
hoofdvoedingsschakelaar niet uitgeschakeld is, verbruikt de unit
stroom. Zet de hoofdvoedingsschakelaar 6 uur voor gebruik aan
alvorens de unit opnieuw op te starten, dit om een vlotte werking
te garanderen.
▪ Bij een vochtigheid van meer dan 80% of wanneer de afvoeruitlaat
verstopt is, kan condensvorming optreden.
▪ Pas de kamertemperatuur aan voor een aangename omgeving.
Voorkom te sterk verwarmen of koelen. Het kan even duren
alvorens de kamertemperatuur de ingestelde temperatuur bereikt.
U kunt hiervoor de timermogelijkheden gebruiken.
▪ Stel de luchtstroomrichting in om te voorkomen dat er bij de vloer
koude lucht blijft hangen of warme lucht tegen het plafond.
(Omhoog bij koelen of drogen naar het plafond en omlaag bij
verwarmen.)
▪ Voorkom dat de lucht rechtstreeks op de personen in de kamer
wordt geblazen.
▪ Gebruik het systeem binnen het aanbevolen temperatuurbereik
(26~28°C voor koelen en 20~24°C voor verwarmen) om energie
te besparen.
7
Onderhoud en service
7.1
Overzicht: onderhoud en service
De installateur moet een jaarlijks onderhoud uitvoeren.
Over het koelmiddel
Dit product bevat gefluoreerde broeikasgassen. Laat de gassen
NIET vrij in de atmosfeer.
Koelmiddeltype: R32
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
15