4. Installatie
4.3.8 De draden aansluiten
Belangrijk:
R Schakel de voeding voor alle apparaten met de
hoofdschakelaar uit voordat u werkt aan de bedrading.
Anders kan er storing optreden in het product.
1
Verwijder de terminalafdekking van de cameramodule.
2
Strip de draden van alle apparaten (zie hieronder).
7 mm
3
Steek de draden van de voedingseenheid in het
aansluitblok gelijkstroom, draai de schroeven van het
aansluitblok aan en bevestig het aansluitblok vervolgens
op de gelijkstroomterminals.
R Sluit de draden aan als volgt.
DC IN: Voedingseenheid
4
Steek de draden van het elektrisch slot in het 3-polig
aansluitblok, draai de schroeven van het aansluitblok aan
en bevestig het 3-polig aansluitblok vervolgens op de
K-OUT aansluitingen.
R Sluit de draden aan volgens de specificaties van het
elektrisch slot. Er hoeven maar 2 draden te worden
aangesloten.
NC en COM: Voor elektrische sloten met een normaal
open circuit
COM en NO: Voor elektrische sloten met een normaal
gesloten circuit
5
Steek de draden van de op K-IN aangesloten apparaten in
het 6-polig aansluitblok, draai de schroeven van het
aansluitblok aan en bevestig het aansluitblok vervolgens
op de K-IN aansluitingen.
R Sluit de draden aan als volgt.
K-IN 1 C1 en C2/K-IN 2 C1 en C2:
K-IN aangesloten apparaat (bijvoorbeeld een
toegangs-controller en/of open deur-sensor etc.)
32
Cameramodule
E
A
B C
A Draden van elektrisch slot
B Draden van toegangs-controller
C Draden van open deur-sensor
D Gelijkstroomdraden van voedingseenheid
E 3-polig aansluitblok
F 6-polig aansluitblok
G Aansluitblok gelijkstroom
6
Bij gebruik van sterbedrading:
Steek de draden van de hoofdmonitor in het 2-polig
aansluitblok, draai de schroeven van het aansluitblok aan
en bevestig het aansluitblok vervolgens op de lijnterminals.
R Sluit de draden van de hoofdmonitor aan.
R Ga bij gebruik van sterbedrading meteen naar stap 8.
Voorbeeld: 4-knops module
A
A
A 2-polig aansluitblok
B Draden van hoofdmonitor (sterbedrading)
G
F
7 mm
D
7 mm
A
B
A
7 mm