Inhoudsopgave
Advertenties
14.3 EEN MASTERBUS-NETWERK OPZETTEN
Alle apparaten die geschikt zijn voor het MasterBus-
netwerk zijn uitgerust met twee communicatiepoorten.
Zodra
twee
of
meer
communicatiepoorten met elkaar in verbinding worden
gebracht, vormen ze een lokaal datanetwerk, aangeduid
als MasterBus.
Houd rekening met de volgende regels:
Verbindingen tussen de apparaten maakt u met
behulp van standaard UTP-kabels. Mastervolt kan
deze kabels leveren met een lengte van
0,2 tot 25 m.
OK
Afbeelding 17: MasterBus-kabel
Zoals bij alle high speed data netwerken moeten ook
bij MasterBus de uiteinden van het netwerk worden
afgesloten met een terminator.
Afbeelding 18: Twee terminators
apparaten
via
deze
1-8
OK
NL / MasterShunt
De voor het netwerk benodigde elektrische voeding
wordt geleverd door de aangesloten apparaten.
Daarom moet tenminste een van de apparaten in het
netwerk in staat zijn om deze voeding te leveren (zie
specificaties).
Per voedend apparaat kunt u maximaal drie niet-
voedende apparaten op het MasterBus-netwerk
aansluiten.
U kunt zonder problemen meerdere voedende
Afbeelding 19: Voedingsbron
Maak geen ringnetwerken.
Afbeelding 20: Geen ringnetwerken
Maak geen T-verbindingen in het netwerk.
Afbeelding 21: Geen T-verbindingen
25
OK
Advertenties
Inhoudsopgave
