Bluetooth ® Draadloze technologie
Bluetooth help
Dit menu helpt bij het gebruik van de functies
van Bluetooth.
1. Druk op [
] op het telefoonscherm.
2. Druk op [Gekoppelde apparaten] > [
3. Selecteer de gewenste items.
De verbonden telefoon ontkoppelen
1. Druk op [
] > [Bluetooth] > [Gekoppelde
apparaten].
2. De verbonden telefoon selecteren.
].
3. Druk op [Ja].
Opmerking
Als u de ontkoppelde telefoon opnieuw
wilt verbinden, selecteert u de ontkoppelde
telefoon.
Bluetooth-apparaten verwijderen
Als u niet langer een telefoon hoeft te
gebruiken kunt u het verwijderen. Houd
er rekening mee dat door het verwijderen
van een Bluetooth-apparaat de gehele
gesprekkenlijst en contactinvoer verwijderd
wordt.
1. Druk op [
] > [Bluetooth] > [Gekoppelde
apparaten] > [
].
46
2. Druk op [
] > [Ja].
Druk op [
] > [Ja] om alle apparaten te
verwijderen.
Bellen door het
telefoonnummer in te voeren
Verbind uw apparaat en de Bluetooth-telefoon
met elkaar voordat u belt.
1. Voer het telefoonnummer in met het
toetsenbord op het telefoonscherm.
2. Druk op [
Kiezen] op het telefoonscherm
of op "
" op de afstandsbediening op
het stuur.
Opmerking
Als u het verkeerde nummer draait, kunt
u op [
] drukken om een cijfer van het
ingevoerde nummer te verwijderen.