Item
Waarde
AUTO, InT,
NIDI, USB
SYnC
(MIDI Clock Sync)
thrv
OFF, On
(MIDI Thru)
txPc
OFF, On
(TX Program Change)
OFF, On
rxPc
(RX Program Change)
Pc. C h (Program
1–16
Change Channel)
vELo
1–127
(Key Velocity)
433. 0 –448. 0 Stelt de master tuning in.
tUnE
(Tune)
OFF, 1–127
USb. d
(USB Direct Out)
OFF, On
A. L nK
(AIRA Link) (*2)
OFF, 2–4
Cnt. I
(Count In)
Kopieert het huidige patroon naar een opgegeven patroon.
Het nummer van de opslagbestemming wordt op het display weergegeven.
●
COPY
(Copy)
●
●
Initialiseert het momenteel geselecteerde patroon (inclusief de geluiden).
init
(Initialize Pattern)
*1: De instellingen worden gemaakt voor het momenteel geselecteerde patroon (en kunnen voor elk patroon worden
opgeslagen).
*2: Bij gebruik met een andere poort naast de USB HOST 3-poort op de MX-1, start het apparaat alleen op in de batterijmodus. Om
de modus met alleen de batterij te gebruiken, schakelt u het apparaat in terwijl u de [C (EXIT)]-knop ingedrukt houdt.
Stelt in welk synchronisatiesignaal door dit apparaat wordt gebruikt.
AUTO (Auto): Ingevoerde klokken worden geaccepteerd.
InT (Int): Het apparaat werkt volgens zijn interne klok.
NIDI (MIDI): Alleen MIDI-invoer wordt geaccepteerd.
USB (USB): Alleen USB MIDI-invoer wordt geaccepteerd.
* Merk op dat wanneer een extern apparaat is aangesloten op de SYNC IN-
aansluiting, het apparaat altijd synchroniseert met de klokken die worden
ingevoerd via de SYNC IN-aansluiting.
Stelt in of de berichten die worden ingevoerd vanaf de MIDI IN-aansluiting naar de MIDI
OUT-aansluiting (ON) of niet (OFF) moeten worden uitgevoerd.
Stelt in of programmawijzigingsberichten worden verzonden of niet wanneer het
patroon verandert.
Stelt in of het patroon verandert wanneer een programmawijzigingsbericht wordt
ontvangen.
Stelt het MIDI-kanaal in voor het verzenden/ontvangen van de
programmawijzigingsberichten die worden gebruikt om patronen te wijzigen.
Stelt de klaviersnelheid in.
(Standaardwaarde: 440. 0 Hz)
Configureert het volume van de signaaluitvoer naar USB.
OFF: Gebruikt de instelling van de VOLUME-regelaar.
1–127: Stelt het volume onafhankelijk in van de instelling van de VOLUME-regelaar.
Stel dit in op ON wanneer u een apparaat aansluit via USB dat compatibel is met AIRA
LINK, zoals de MX-1.
Laat deze instelling anders op OFF staan.
De instelling wordt van kracht nadat u het apparaat uitschakelt en terug inschakelt.
Stelt de lengte (het aantal beats) in van de aftelling voor opname.
Gebruik de [TEMPO/VALUE]-regelaar om de opslaglocatie te selecteren.
Druk op de [D (ENTER)]-knop om op te slaan.
Druk op de [C (EXIT)]-knop om te annuleren.
Uitleg
Functies en menu's
19