Eerste inbedrijfstelling
6.5
Elektrische aansluiting
GEVAAR
Levensbedreigend letsel door elektrische schokken.
Indien stroomvoerende onderdelen worden aangeraakt, bestaat het gevaar
van levensbedreigend letsel.
•
Zorg dat alle polen van dit product vóór het installeren losgekoppeld
zijn van de netspanning.
•
Zorg dat de installatie niet door andere personen weer kan worden
ingeschakeld.
•
Laat alle montagewerkzaamheden aan de elektrische aansluiting van
het apparaat alleen uitvoeren door een erkend elektromonteur en
volgens de elektrotechnische voorschriften.
Alle elektrische en luchtzijdige verbindingen tussen de besturingseenheid en het
basisvat zijn voorgemonteerd.
1.
Sluit de netstekker aan op de 230 V-voedingsspanning.
2.
Schakel de installatie in.
De elektrische aansluiting is voltooid.
6.5.1
Schakelschema
Pos.
Klemnummer Signaal
nr.
1
GND
RS485 interface voor Modbus RTU
1
2
A
of eigen Reflex protocol
3
B
4
P3
Externe aanvraag voor bijvullen
2
•
5
P4
6
WM1
3
---
7
WM2
8
K1
Contactwatermeter
4
•
9
K2
10
24 V
Vulniveaumeting
5
11
INP
•
12
GND
13
WM1
6
---
14
WM2
15
24 V
Druksensor
7
16
INP
•
17
GND
18
GND
19
24 V
8
---
20
OUT
21
AIN
22
N
9
Aanvraag voor bijvullen 230 V
23
M3
24
N
10
Magneetventiel aan de luchtzijde
25
M2
26
C
Potentiaalvrij
11
27
NC
verzamelstoringscontact (max.
230 V / 8 A)
28
NO
8 — Nederlands
Functie
Bekabeling
Te voorzien
door de
klant, optie
Te voorzien
door de
Bij instelling "Levelcontrol".
Ingang 230 V signaal via L+N
klant, optie
---
Te voorzien
door de
Digitale ingang
klant, optie
Te voorzien
door de
Analoge ingang 4-20 mA
fabrikant
---
Te voorzien
door de
Analoge ingang 4-20 mA
fabrikant
---
Te voorzien
door de
klant, optie
Te voorzien
door de
fabrikant
Te voorzien
door de
klant, optie
Reflexomat XS — 02.06.2022 - Rev. A
Pos.
Klemnummer Signaal
nr.
29
N
12
Compressor/ontluchtingsklep
30
M1
31
PE
Aarding
13
32
PE
Aarding
33
PE
Voedingsspanning 230 V via kabel
14
34
N
met netstekker.
35
L
6.5.2
Interface RS-485
Via deze interface kan diverse informatie worden opgevraagd van de besturing
en vervolgens worden gebruikt voor de communicatie met controlecentra of
andere apparaten.
De volgende informatie kan worden opgevraagd:
–
Druk en vulniveau.
–
Bedrijfsmodi van de compressor.
–
Bedrijfsmodi van de bijvulling via het magneetventiel.
–
Gecumuleerde hoeveelheid van de contactwatermeter FQIRA +.
–
Alle meldingen, 9.4 "Meldingen", 11.
–
Alle items in het foutgeheugen.
6.5.2.1
Aansluiting van de interface RS-485
•
Maak gebruik van een afgeschermde kabel om de interface aan te sluiten
op de klemmen 1 – 6 van de printplaat in de schakelkast.
Voor het aansluiten van de interface, 6.5 "Elektrische aansluiting",
–
8.
•
Als u het apparaat in combinatie met een controlecentrum gebruikt dat
niet geschikt is voor een interface van het type RS-485 (maar bijv. voor RS-
232), moet een geschikte adapter worden gebruikt (ter plaatse).
Opmerking!
•
Gebruik voor het aansluiten van de interface bijv. de volgende
kabel.
–
LIYCY (TP), 4 × 2 × 0,8 maximale totale buslengte 1000 m.
6.6
Certificaat voor montage en inbedrijfstelling
Opmerking!
Het certificaat voor montage en inbedrijfstelling vindt u aan het einde
van de bedieningshandleiding.
7
Eerste inbedrijfstelling
Opmerking!
Laat de inbedrijfstelling en onderhoudswerkzaamheden alleen
uitvoeren door gekwalificeerd personeel of de Reflex klantenservice en
laat de uitgevoerde werkzaamheden akkoord tekenen.
Opmerking!
In de app is er een wizard voor de inbedrijfstelling beschikbaar, 9.1
"Reflex Control Smart", 10.
7.1
Voorwaarden voor de inbedrijfstelling
De Reflexomat is klaar voor de eerste inbedrijfstelling nadat de werkzaamheden
afgesloten zijn (beschreven in het hoofdstuk "Montage").
•
Het opstellen van de Reflexomat is voltooid.
•
De gewichtmeetvoet is aangesloten.
•
De aansluiting op de waterzijde tussen het vat en het installatiesysteem
zijn tot stand gebracht.
•
Het vat is niet gevuld met water.
•
De aansluitleidingen van de Reflexomat zijn gespoeld vóór de
inbedrijfstelling en vrij van lasresidu en vuil.
•
De ventielen/kleppen voor de aftapping van het vat zijn open.
•
Het installatiesysteem is gevuld met water en ontlucht van gassen, zodat
een circulatie door het gehele systeem gewaarborgd is.
•
De elektrische aansluiting is tot stand gebracht volgens de geldende
nationale en lokale voorschriften.
Functie
Bekabeling
Te voorzien
door de
fabrikant
Te voorzien
door de
fabrikant
Te voorzien
door de
fabrikant
Te voorzien
door de
fabrikant